Spring naar inhoud


Dominante zus

Beste Beatrijs,

Mijn zus (61) en ik (vrouw, 55) zien elkaar een paar keer per jaar en bellen wekelijks. Ik vind het lastig om haar te vertellen wat mij bezighoudt, omdat zij altijd haar mening klaar heeft over wat goed of juist slecht voor mij is, zoals lichaamsbeweging of gezond eten. Gisteren had ze het over een concert binnenkort, waar ze met me naartoe wil (afstand 16 kilometer) en zei: ‘Je moet dan wel op de fiets komen!’ Dat bepaal ik zelf wel, denk ik dan, maar ik zwijg. Ze geeft me vaak adviezen, als ik alleen maar iets wil vertellen. Dus houd ik de gesprekken oppervlakkig. Ze bedoelt het vast goed, maar het voelt niet prettig. Hoe kan ik dit bespreken en houd ik het contact leuk met haar, met meer diepgang?

Zus deelt lakens uit

Beste Zus deelt lakens uit,

Probeer uw assertiviteit op te vijzelen.

U hebt waarschijnlijk uw hele leven over u heen laten lopen door uw zus. In uw jeugd was zij natuurlijk de oudste met meer ervaring en u het kleintje dat deed wat ze zei. In de volwassenheid moet er een eind komen aan dat patroon, maar kennelijk is uw zus eraan gehecht en ziet zij u nog steeds als het jongere zusje dat wegwijzers nodig heeft. Of ze is van zichzelf een dominant type – dat kan ook. Hoe dit ook zij, het moet afgelopen zijn en u moet zich minder onderworpen opstellen. U hebt uw leven, uw zus heeft het hare, en u mag beiden in oprechtheid uw zegje doen.

Cruciaal is dat u uw eigen houding verandert van bangelijk naar overtuigd van uzelf. Prent uzelf in dat u recht heb om er te zijn mét uw onvolkomenheden. Dat betekent dat u zich níet al van tevoren schaamt dat wat u wil zeggen wel weer verkeerd zal zijn, maar dat u gewoon zegt wat in u opkomt: ‘Zestien kilometer fietsen? En ook weer terug? Hallo, ik ga lekker met de auto!’ Zo’n omschakeling van bangelijk naar stevig is trouwens nog vrij lastig. U hebt 55 jaar lang het kleine, afhankelijke zusje gespeeld (of u bent het geweest) en u bent niet een, twee, drie van die rol af. Zodra u probeert om u zelfverzekerder op te stellen, kan uw zus gaan steigeren. Misschien krijgt u zelfs wel ruzie, omdat ze vindt dat u ineens zo eigenwijs doet. Toch moet u het proberen, omdat, u hebt gelijk, uw zussen-relatie oppervlakkiger en vervelender is dan die zou kunnen zijn.

Wacht even af om het probleem met uw zus te bespreken. Werk eerst aan uw eigen houding en probeer uw assertiviteit op te vijzelen. Misschien hebt u relatief snel succes en reageert uw zus er goed op. Wanneer uw nieuwe zelfverzekerdheid tot botsingen leidt, is dat het moment om het ingesleten omgangspatroon aan de orde te stellen. Dan kunt u tegen haar zeggen: ‘Ik ben altijd bang door jou veroordeeld te worden, daarom zeg ik liever zo min mogelijk. Maar eigenlijk is dat geen goede situatie, wat vind jij?’

Artikelen in Broers en zussen.

Gelabeld met , .


4 reacties

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.

  1. Marrie schrijft

    Ik had net zoiets altijd met mijn vader toen ik allang volwassen was. Diep in mijn hart was ik altijd een beetje bang voor hem, voor zijn afwijzing. Op een bepaald moment ging er bij mij een knop om, geen idee hoe dat zo kwam. Maar opeens hoorde ik mezelf toen we een keer bij hem op bezoek waren zeggen: “Pa mopper toch niet altijd zo, wees nou eens gewoon blij dat ik er ben”. Vanaf dat moment veranderde onze relatie totaal. We hebben er nooit over gesproken.

  2. Stan schrijft

    Helaas heb ik, als jongste broer (67) met drie oudere zussen, waarvan de jongste nog leeft, mijn hele leven hier ook mee te maken.
    Voordat ik enige jaren geleden, de enige zus (69) die ik nog heb ging opzoeken, zij woont in het buitenland, heb ik een en ander enige tijd daarvoor uitgevochten via whatsapp.
    Dingen uit het verleden besproken, elkaar voor rotte vis uitgemaakt en ook lieve dingen gedeeld, zodat het tijdens mijn bezoek geen heet hangijzer meer zou zijn.
    Dat werkte, zodat het bezoek van twee weken in fijne en goede harmonie verlopen is.
    No way dat ik bij haar in huis wilde verblijven; lekker in een hotel, zodat bij onenigheid enige afstand mogelijk zou zijn.

    Nu merk ik, bij tijd en wijle, whatsapp, dat er momenten zijn dat de trekjes uit het verleden, zoals bedillerig zijn, nog immer bij zuslief naar boven komen. Maar wellicht ben ik daar ook (over)gevoelig voor.
    Als ik het de moeite waard vind, ga ik er wel tegenin.

    Al met al denk ik dat het na 67 jaar omgang met zuslief niet te ‘repareren’ is, maar kunnen we er wel voorzichtig mee omgaan, wat wij ook doen.
    Hoop dat de briefschrijfster hier wat aan heeft.

  3. J schrijft

    Ik herken wat Marrie zegt. Het kan de relatie ook enorm opknappen als je ‘haar taal’ gaat spreken. Toen ik noodgedwongen steviger in mijn schoenen moest staan t.o.v. een collega werd onze werkrelatie veel beter en het leverde me meer zelfvertrouwen op bovendien.

  4. Stella schrijft

    Niet alleen denken, maar ook zeggen dat u zulke dingen zelf bepaalt. Het is een klein zinnetje, makkelijk uitgesproken, met een grote boodschap. De vloermat-houding genereert vanzelf bedillerigheid.



Sommige HTML is toegestaan