Spring naar inhoud


Te veel overeenkomsten

Beste Beatrijs,

Al snel na de geboorte van onze zoon was het duidelijk. Hij was het evenbeeld van zijn vader. We zijn inmiddels anderhalf jaar verder en ik moet toegeven dat mijn genetische bijdrage nog steeds moeilijk zichtbaar is. Mijn schoonmoeder is in de wolken. Bij elk bezoek of videobelgesprek begint ze hier direct over. Die blik, dat haar, dat mondje! Is hij een keer driftig? Precies mijn man op die leeftijd. Een oneindige opsomming van gelijkenissen komt dan op gang. Zegt hij een nieuw woord? Hij is talig, net als zijn vader! Hij zal vast later hetzelfde carrièrepad bewandelen. Als mijn man zegt dat onze zoon in sommige aspecten ook op mij lijkt ontkent ze dit in alle toonaarden. Het is voor haar natuurlijk heerlijk om haar zoon te herkennen, maar het begint me te storen. Het voelt alsof ik draagmoeder was van een kloon van haar zoon. Moet ik mijn mond houden of er wat van zeggen?

Precies zijn vader

Beste Precies zijn vader,

Haal uw schouders erover op. Uw zoon moet geen inzet worden van een genetische competitie tussen u en uw man. Uw schoonmoeder kletst maar wat. Trek het u niet aan. Elk kind is een unieke mix van het genetisch materiaal van beide ouders. Het belangrijkste wat hierover gezegd kan worden is dat een kind nooit een simpele kopie is van een van de ouders en altijd wel trekjes heeft die nu eens door de ene dan weer door de andere ouder herkend kunnen worden. Uw schoonmoeder ziet wat ze graag wil zien. U kunt best eens tegen haar zeggen dat uw zoon niemand anders is dan zijn eigen unieke zelf. Voor de rest moet u het geklets van uw schoonmoeder maar uw ene oor in en het andere weer uit laten gaan. Neem haar vooral niet serieus.

Artikelen in Grootouders en kleinkinderen, Schoonfamilie.

Gelabeld met .


12 reacties

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.

  1. L. Talapessy schrijft

    Goed advies. Gewoon een trotse oma. Belangrijker: de echtgenoot van de vragenstelster ziet ook de gelijkenissen met zijn vrouw. En: een kind is uiteindelijk geen optelsom van de ouders maar helemaal zichzelf.

  2. S. schrijft

    Wat een dooddoener (antwoord) daar kan de moeder niks mee. Ik zou er wel wat van zeggen al is het om het iig kwijt te kunnen aan de betreffende persoon. Als je dit niet doet kan dat gevoel een anker gaan worden later. Ik heb bepaalde dingen ook gezegd tegen mijn schoonmoeder. Is niks mis mee.

  3. Wil schrijft

    Ik ben het niet eens met Beatrijs. Briefschrijfster staat volkomen in haar recht om de confrontatie met schoonmoeder aan te gaan en haar er op te wijzen dat het kind een “co-productie” is. Daarbij zijn de genen van haar en haar familie ook op het kind overgedragen. Zij mag bovendien heel duidelijk maken dat het zeer kwetsend is om voortdurend te moeten horen hoeveel het kind op de vader lijkt. In dit stadium lijkt het allemaal onschuldig maar naar mate het kind ouder wordt wordt de kans groter dat schoonmoeder zal proberen om het levenspad van de boreling in precies dezelfde richting als dat van de vader te sturen. Het is immers een 100% kloon van de vader in haar optiek. Kortom, korte metten maken met de onzin van schoonmoeder voor de zaak gaat escaleren. Het valt mij trouwens op dat de vader blijkbaar weinig tot geen weerwoord biedt aan zijn moeder. Het is hem aan te rekenen dat hij zijn moeder niet corrigeert en zijn vrouw steunt.

  4. Bart schrijft

    Dit doen veel grootouders, accepteer dat. Wat u eventueel zou kunnen zeggen: Het is geen wedstrijdje!

  5. Christine schrijft

    Nee, nee, hierover alsjeblieft geen confrontaties en eerlijke gesprekken. Die leggen de basis voor langdurige structurele schade aan familierelaties. Dit is te onbelangrijk. Gewoon langs u af laten glijden, voor uzelf ook een stuk beter.

  6. Floria schrijft

    Dit is één van de weinige keren dat ik het niet eens ben met het advies van Beatrijs. Ik ken namelijk genoeg volwassenen die als kind te vaak te horen kregen dat ze sprekend op één van de ouders leken en daar behoorlijk onder geleden hebben met alle vervelende gevolgen vandien, voor zowel het kind zelf als die ouder. In dit geval zou de kleinzoon, zodra hij begrijpt wat er gezegd wordt, ook nog eens een hekel kunnen gaan krijgen aan zijn grootmoeder.
    Het mag best weleens gezegd worden, maar als ik de briefschrijfster mag geloven gebeurt het irritant vaak. Ik ben van mening dat haar man de aangewezen persoon is om zijn moeder onomwonden te zeggen dat ze te vaak in herhaling valt. Zeggen dat hun zoon in sommige aspecten ook op zijn vrouw lijkt, is niet duidelijk genoeg.
    Beste Christine, Confrontaties en eerlijke gesprekken zouden de basis voor langdurige structurele schade aan familierelaties leggen? Volgens mij legt irritant gedrag die basis en zijn eventuele confrontaties en eerlijke gesprekken daar alleen maar een reactie op.

  7. Annemieke schrijft

    Ik denk dat oma het gewoon leuk vindt om te zien hoe gaat kleinzoon op haar zoon lijkt en plezier heeft in de gelijkenis omdat dat haar doet denken aan de tijd dat haar zoon klein was.
    Dat is helemaal geen reden om jaloers te zijn als moeder. Ik zou er alleen wat van zeggen als ze ook als kleinzoon wat ouder wordt, hem zo de hemel in blijft prijzen. Daar kan een kind last van krijgen in die zin dat hij druk ervaart van te hoge verwachtingen.

  8. Christine schrijft

    @Floria: Excuus, ik was het woord ‘vaak’ vergeten. In dit geval lijkt me de zaak meer gediend met schouders ophalen en zo de angel er uit halen.

  9. Berdien van de Wal schrijft

    Dit herken ik heel goed. mijn man was enig kind en we hebben 3 zoons. toen mijn schoonmoeder weer eens de gelijkenis besprak van mijn oudste zoon : precies zijn vader antwoordde ik: ja alle slechte eigenschappen heeft hij van mij en alle goede van zijn vader. daar was ze het van harte mee eens. ze knikte opgewekt. ik kan er nog steeds om lachen.

  10. Suzanne schrijft

    Gewoon elke keer weer zo slijmerig mogelijk zeggen: ‘Ja hè, daarom ben ik ook zo dol op hem!’ De lol gaat er vanzelf af.

  11. Ron schrijft

    Biologisch gezien lijkt een kind vaak meer op de vader dan de moeder. Dit komt omdat de moeder 100% zeker weet dat zij ook de moeder is. Heeft het kind tenslotte gedragen en gebaard. Bij een vader is dan minder zeker. Een kind wat dan meer op de vader lijkt dan de moeder heeft dan een sterk overlevingsvoordeel. De vader accepteert het en zal het mede verzorgen/beschermen. Dit ooit eens in het blad Natuur en techniek gelezen en lijkt mij zeer aannemelijk.

  12. Ineke schrijft

    Mijn dochters leken uiterlijk ook veel op hun vader. Natuurlijk werd dat gezegd. Echter, later komen de eigenschappen erbij en ligt het weer genuanceerder.



Sommige HTML is toegestaan