Spring naar inhoud


Is fooi niet een belediging?

© Sjoerd van der Zee

Beste Beatrijs,

Er waren tijden dat de kapper, busconducteur en ober een fooi kregen. Daarna was er een tijd dat er 15% bedieningsgeld op de rekening vermeld stond. Volgens Trouw van 9 januari ligt de restaurantfooi nu tussen de 6,2 en 8,25 % in.

Is het eigenlijk niet een belediging, wanneer je obers een fooi geeft omdat je denkt dat ze te weinig verdienen en zielig zijn? In een kledingzaak zijn verkopers/sters met veel geduld en goede adviezen vaak langdurig met een klant bezig. Verdienen deze mensen meer dan in de horeca?

Wat te denken van de vele vrijwilligers in bijvoorbeeld verpleeg- en ziekenhuizen of in de sportwereld, die allemaal belangeloos zeer nuttig werk doen? Is een fooi nog wel op z’n plaats in deze tijd?

Afkerig van het fooi-systeem

Beste Afkerig,

Het belangrijkste wat u zichzelf moet inprenten is dat een fooi een vrijwillig gebaar is. Niemand dwingt u om met deze gewoonte mee te doen. De fooi is niets anders dan een blijk van waardering voor de geboden service. Als een ober moeite doet om het de klant naar de zin te maken en daarbij een glimlach vertoont, zullen klanten eerder geneigd zijn een fooi te geven.

Horecapersoneel ontvangt vaker fooien dan winkelbediendes of kappers. Misschien komt dat doordat het werk in de horeca zich vaker buiten kantooruren afspeelt en ook algemeen als fysiek zwaar wordt beschouwd. Zwaarder dan haren knippen of mensen in kledingkeus adviseren. Ongetwijfeld speelt in de horeca (de vrijetijdssfeer bij uitstek) ook een seksuele onderstroom mee. De vetste fooienstroom loopt van mannen – in een tevreden stemming geraakt na enige alcoholische versnaperingen – naar lieftallige serveersters. Raken de mannen nog beschonkener, dan hoeft de serveerster niet eens meer jong en mooi te zijn. Vriendelijkheid volstaat dan.

Krantenbezorgers, barkeepers en kamermeisjes vinden een fooi geen belediging, want zij kunnen die extraatjes goed gebruiken. Zij doen namelijk ongeschoold werk, en hoe nuttig dat werk ook is, we weten allemaal dat dat geen vetpot is. Wie een fooi geeft, vindt niet dat de fooi-ontvanger te weinig verdient of zielig is, maar wil de inzet van deze specifieke werker complimenteren.

Vrijwilligers doen hun werk om te beginnen al niet voor geld, dus hun een fooi geven slaat nergens op. Wel zullen ze een bosje bloemen of een ander blijk van dankbaarheid in natura gracieus in ontvangst nemen.

De fooi is en blijft een gebaar van de financieel sterken naar de financieel minder sterken en onderstreept daarmee de maatschappelijke ongelijkheid. Zolang er rijken en armen bestaan, zullen er fooien worden overgeheveld en aanvaard. Wanneer u hier moeite mee hebt, raad ik u aan u nooit buiten de westerse wereld te begeven, want in de derde wereld is het allemaal nog veel erger. Daar lopen verkeersboetes, omkoopprijzen, afdingtactieken, gidsbetalingen en oplichterspraktijken naadloos in elkaar over tot een gigantische fooien-extractie-business. En de toerist voelt zich nog schuldig ook, want zij zijn arm en hij is rijk.

Artikelen in Horeca, Zakelijke relaties.

Gelabeld met , .


8 reacties

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.

  1. Chayenne schrijft

    Er zijn mensen die gewoon doen waar ze voor betaald worden.
    Er zijn ook mensen die er door hun enthousiasme en betrokkenheid nét dat beetje meer van maken. Waarom zulke mensen niet belonen met een fooi? Het heeft niets te maken met vermeende zieligheid of het willen tonen van een dikkere portemonnee. Het is een compliment. Dat kan een verademing zijn in een verwende maatschappij waar men gepreoccupeerd is met kritiek en klachten.

  2. Marscha schrijft

    Als iemand die tien jaar in de horeca heeft gewerkt, kan ik u mededelen: geen fooi, dát is pas een belediging!
    Ietwat overtrokken natuurlijk, de fooi moet wel ‘verdiend’ worden, maar in mijn ervaring is ‘geen fooi geven’ meestal een manier om zonder woorden na een restaurantbezoek te zeggen: hier deugde iets niet.

  3. Helena schrijft

    Net zoals ik ongemakkelijk word van opvallend geen fooi geven (op 149,90 wérkelijk staat wachten of mij heen en weer laten lopen voor die 10 cent – ik geef ze uiteraard altijd, maar 99% van de mensen zegt dan toch ‘het is in orde zo’?), word ik ook ongemakkelijk van fooien die compleet uit verhouding zijn.
    (Ik ben vriendelijk, maar nu ook weer niet zo vriendelijk dat er meer fooi dan rekening betaald hoeft te worden.

    Wij (het wordt gedeeld met de afwashulp) zijn er in elk geval heel erg blij mee en beschouwen het, naast een leuke aanvulling op ons loon (maar heel eerlijk, gedeeld door twee of drie, je kan er geen avondje mee gaan stappen hoor), eerder als compliment. In de zin van ‘oh de mensen hebben echt een leuke avond gehad en wij hebben daartoe bijgedragen!’.

    En idd., je geeft fooi als je vind dat de bediening heel vriendelijk en behulpzaam was en het eten lekker. Bij onbeleefde obers vraag ik ook die 10 cent terug (net daarom dat ik dan steevast begin te twijfelen als het mij overkomt), ik heb dan evenzeer gehad waar ik voor betaald heb, maar een grappige/lieve/discrete/.. ober maakt een etentje toch net dat tikje aangenamer!

  4. Twan Laan schrijft

    Uitzondering: Japan. In Japan geef je geen fooien. Een fooi zou te kennen geven dat de service beter was dan je had verwacht – en dat wordt in de Japanse cultuur omgedraaid: je had dus blijkbaar slechte service verwacht. Een fooi geven in Japan is dus een belediging.

  5. Chayenne schrijft

    Marscha,

    Beledigd zijn in geval van geen fooi vind ik bepaald geen klantgerichte instelling. Ik vind het wat kinderlijk-pruilerig. Beter vraagt het bedienend personeel zich af: “Wat ging er niet goed of wat kon er beter”? Tevreden klanten, daar is toch immers iedereen bij gebaat?

    Natuurlijk zijn er geboren vrekken die nimmer een fooi zullen geven maar ik vind het beneden de waardigheid van het personeel om zich daarover op te winden. Bovenal is en blíjft de fooi een compliment en een compliment is niet vanzelfsprekend. Dat moet verdiend worden. Fooi dient ook zeker niet om stapavonden van het bedienend personeel te financieren.

  6. jo schrijft

    mijn vader geeft wel eens 5 cent fooi!
    met een brede grijns zegt hij dan, als het bijv. 19,95 is: laat de rest maar zitten! ik schaam me dan altijd kapot. dat is pas een belediging!

  7. R. Graanstra schrijft

    Hier in het westen kunt u fooi zien als een blijk van waardering voor de persoonlijke service die u heeft genoten van uw gastheer, chauffeur of kapper. Zeg maar de zogenoemde dienstverlenende beroepen, de cao’s zijn daar over het algemeen nog uit het jaar “kruik” met de daarbij behorende betaling. Dus meent u een oprecht fijne behandeling te hebben gehad, drukt u dat dan ook vooral uit in het bedrag dat u iemand ter hand stelt. En zeker, vijf cent achterlaten met een dikke grijns is beledigend.

  8. Truusje schrijft

    Wonend in Frankrijk, ook in dit opzicht een andere wereld, liet ik op een markt de resterende 10 cent zitten met de woorden: c’est pour vous madame. Of het door de schrale inkomsten komt door de corona crisis weet ik niet, maar de dame kwam bijna achter haar tafel vandaan om mij te omhelzen, als dat had gemogen. Een week later, op een biologische markt met dure eieren, wilde ik hetzelfde doen bij een heer. Het antwoord was: Non! Met een vriendelijk gezicht, dat wel, gaf hij mij mijn 10 cent terug. De kloof tussen arm en rijk was hier duidelijk minder diep.T



Sommige HTML is toegestaan