Spring naar inhoud


Kinderen voorstellen aan nieuwe vriendin

Beste Beatrijs,

De gescheiden man met wie ik nu al een aardige tijd een relatie heb heeft twee kinderen van 7 en 4 jaar. Zij weten nog niet dat ik besta, maar een ontmoeting kan niet lang meer uitblijven. Ik heb daar zo mijn ideeën over: als ik word voorgesteld als ‘het nieuwe vriendinnetje van Papa’, dan hebben ze misschien meteen al een hekel aan me. Als oplossing hebben we bedacht dat ik het drietal ‘bij toeval’ een keer tegenkom ergens. Als ze mij dan al een keer hebben gezien, gaat het leren kennen daarna misschien makkelijker.

Ik heb dit met anderen besproken en zij vinden dit geen goed idee, omdat de kleintjes het misschien doorhebben, en ons of mij dat later kwalijk zouden kunnen nemen. Is het echt zo’n stom idee?

Het nieuwe vriendinnetje

Beste Nieuwe,

Het lijkt me een prima idee! Elkaar toevallig ergens tegenkomen in speeltuin, supermarkt of op straat is een heel goede manier om op een onnadrukkelijke manier kennis te maken. Later in huis loopt de ontmoeting dan waarschijnlijk veel soepeler. Het is trouwens helemaal niet nodig om aan zulke jonge kinderen te worden voorgesteld als ‘de nieuwe vriendin’. Waarom zou een vader zijn kinderen van tevoren tekst en uitleg over zijn liefdesleven moeten geven? Wanneer ze u op een gegeven moment aan het ontbijt ontwaren, merken ze het vanzelf wel. Als ze vragen of opmerkingen hebben, kan hun vader die beantwoorden, waarbij het belangrijk is om vooral te doen alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Wees vervolgens niet altijd aanwezig, als de kinderen hun vader bezoeken. Geen liefkozingen voor het oog van de kinderen! Ze zullen sneller wennen aan het idee dat hij een vriendin heeft en u ook makkelijker accepteren, wanneer ze hun vader nog steeds regelmatig voor zichzelf hebben en u er niet altijd omheen hangt.

Artikelen in Kinderopvoeding, Liefde en relaties.

Gelabeld met .


Te veel contacten

Beste Beatrijs,

Ik (man, dertiger) ben een warm en innemend persoon met veel inlevingsvermogen en een luisterend oor voor andermans problemen. Ik zeg dit niet om mezelf in de lucht te steken, maar om mijn eigen probleem beter te begrijpen. Ik kan tamelijk gemakkelijk mensen aantrekken. Omdat ik daar soms ook wel behoefte aan heb of gevoelig ben voor de interesse van de ander in mij, ontstaat er vaak een dieper contact, tot vriendschap aan toe.

Regelmatig ontdek ik dat al die contacten me te veel worden. Ik wil graag iedereen tegemoetkomen, maar dat lukt me dan niet meer. Daarom heb ik wel eens mensen een mail of brief gestuurd waarin ik vertelde het contact te willen beëindigen. Ik legde dan uit dat ik niet iedereen bij kan houden, of dat we naast onze gemeenschappelijke interesse verder te weinig delen.

Naast een enkele positieve reactie (men vindt mij eerlijk), ben ik ook op boze of teleurgestelde reacties gestuit. Ik vind dit erg vervelend, omdat ik niemand wil kwetsen. Maar ik kan me die boosheid ook wel voorstellen, als de ander meer verwachtingen van ons contact had dan ik. Ik heb wel eens gehoord dat je dan zo’n contact moet laten doodbloeden. Dit vind ik onaangenaam. Ik vind het niet eerlijk tegenover de ander. Maar eerlijkheid werkt kennelijk ook niet. Hoe moet ik me dan opstellen?

Te veel vrienden

Beste Te veel,

U zegt: ‘Ik ben een warm en innemend persoon met veel inlevingsvermogen en een luisterend oor’. Hiermee beschrijft u precies hoe goede vrienden met elkaar omgaan. Vandaar de gewonde reacties als u weer eens een streep onder een contact zet.

Aan echte vriendschap kleeft geen houdbaarheidsdatum. Die wordt gewoon voortgezet, met eb en vloed weliswaar, je ziet elkaar soms langere tijd nauwelijks, dan weer wat intensiever, maar er wordt niet om een frivole reden als ‘te druk’ een punt achter gezet. Dan moet er echt iets aan de hand zijn: hooglopende ruzie, rivaliteit, verraad, laten barsten, dat soort dingen. Of men begint zich te vervelen, en dan bloedt het langzaam dood (beter: dan gaat de vriendschap de ijskast in, want later ligt het misschien weer anders en dan bloeit de zaak weer op).

De meeste mensen hebben niet zo heel veel goede vrienden. Als ze eindelijk eens iemand treffen die zich zo warm en inlevend tegen hen gedraagt als u, denken ze: ‘Tjonge! een echte vriend! Dat is bijzonder!’ Om vervolgens een tijdje later bedrogen uit te komen.

Ik raad u ten sterkste aan om uw hoeveelheid contacten te beperken, althans er niet mee om te gaan alsof het consumptieartikelen zijn. Houd op met uzelf voortdurend warm, innemend, luisterend enzovoort te gedragen. Dat is nergens voor nodig. Voor het contact met onbekenden en vage kennissen volstaat vriendelijkheid. Ga na op wie van de mensen met wie u omgaat u echt gesteld bent. Mensen op wie u zich verheugt om ze tegen te komen, iets te ondernemen, te praten, wat dan ook. Welke mensen zijn ook voor u belangrijk (in plaats van alleen andersom)? Ga met hen om, laat hen niet in de steek, en laat de rest zitten. Begin geen nieuwe contacten die de schijn van vriendschap hebben maar die voor u, als u bij uzelf te rade gaat, eigenlijk niet zoveel te betekenen hebben.

Wees selectief! Zo hoort het in de liefde en zo hoort het in de vriendschap.

Artikelen in Vrienden en kennissen.

Gelabeld met .


Zwemmer zonder zitplaats

Beste Beatrijs,

Onlangs was ik in een subtropisch zwembad. Weer viel mij op dat vrijwel alle stoelen op het terras in beslag zijn genomen door handdoeken van zwemmers. Ter signalering: dit is míjn stoel! Ik vind dit een onhebbelijke gewoonte. Terwijl het terras praktisch leeg is, is er voor mij toch geen plaats om even uit te rusten na het ravotten met mijn kinderen. Kan ik zo vrij zijn om maar gewoon een handdoek te verplaatsen, zodat ik even kan zitten, of moet ik lijdzaam toezien dat ik te laat ben en een stoel niet voor mij is weggelegd?

Zwemmer zonder zitplaats

Beste Zwemmer zonder,

Ja, dat is inderdaad een hinderlijke gewoonte van zwembadpubliek. Maar u kunt rustig een handdoek verplaatsen naar een andere stoel, (waar er ook al een opligt, maar dat geeft verder niet). Als ze eraan komen om hun stoel te claimen, zegt u: ‘O sorry, ik was zo moe, ik wilde even zitten, maar gaat uw gang’. Vervolgens staat u op en gaat op een andere stoel zitten, waarvan u de handdoek op de plaats ernaast legt. Enzovoort, net zo lang tot u uitgerust bent en weer te water gaat.

Artikelen in Het publieke domein.

Gelabeld met .


Alcohol en conceptie

Er waren maar een paar momenten gedurende mijn vijfjarig verblijf in Amerika, die mij niet bevielen. Een daarvan was in 1993 toen ik, ruim zeven maanden zwanger, na een wandeling met een vriendin door de hitte van New York, op het eind van de middag in een café ging zitten en een glas bier bestelde. De serveerster keek mij aan, alsof ze een terrorist ontwaarde. ‘But you’re pregnant!’ wierp ze tegen. Ik zei: ‘Well, yes, but I’m thirsty.’ Ik kreeg het bier, want tenslotte is de klant koning – zo zijn Amerikanen ook wel weer.

Ik had nooit gedacht dat de heersende obsessie met alcohol en zwangerschap (sommige vrouwen raakten in paniek als ze per ongeluk een rumboon hadden gegeten) de oceaan zou oversteken, wat natuurlijk dom van mij was, want alles uit Amerika komt uiteindelijk aan in Europa en vaak nog sneller dan je denkt.

Deze week heeft de Gezondheidsraad in Nederland een advies uitgebracht voor een totaalverbod op alcohol aan zwangeren. Totnutoe zeiden artsen en verloskundigen: af en toe een glaasje kan geen kwaad. Dat zeiden ze tien jaar geleden ook, een richtlijn waar ik me destijds braaf aan gehouden heb, hoewel ik er eigenlijk twijfelde aan het nut, want voor dat foetaal alcohol syndroom, moet je als vrouw toch wel gigantische hoeveelheden innemen.

Nu is alcohol niet alleen taboe voor de zwangere vrouw, maar ook voor vrouwen die zwanger wíllen worden én hun mannelijke partners. De kwalijke effecten werden in het NOS-journaal geadstrueerd door een wetenschapster die op een echo had waargenomen dat het ‘kindje’ was gaan liggen, nadat de moeder een glaasje had gedronken’, hiermee suggererend dat de foetus knock-out was geslagen. Tja, het zegt me niks. Wat doe je wanneer de foetus op z’n kop gaat staan, nadat de moeder een bordje boerenkool heeft genuttigd? Foetussen gaan nu eens liggen en dan bewegen ze er weer lustig op los. Betekent dat iets?

De belangrijkste reden waarom ik denk dat spaarzaam alcoholgebruik door zwangere vrouwen niet zo vreselijk kan zijn, is dat vrouwen altijd alcohol gedronken hebben. In de jaren zestig bijvoorbeeld wist de huisvrouw wel raad met de sherry en de pleegzuster-bloedwijn. Is er iets mis met al die veertigers van nu? In de onderzoeken is sprake van miskramen, vroeggeboortes en aangeboren afwijkingen als gevolg van alcoholgebruik. Hoe kunnen ze dat zo exact toeschrijven? Daar zijn hele grote steekproeven en precies in kaart gebrachte leefpatronen van de onderzochten voor nodig. En dan krijg je van die significanties in de trant van: in de groep van 10.000 vrouwen die weleens een glaasje drinken(1 à 6 glazen per week), komen vier gevallen van miskraam voor, tegenover één miskraam in de groep van 10.000 geheelonthouders. Het effect is er, toegegeven, maar het risico was al minimaal. Dit soort onderzoek heeft met zoveel variabelen te maken, daar komt zelden iets zinnigs uit.

Dat deert de onderzoekers niet, want hun uitkomst ligt al vast in hun vooronderstellingen: iets wat slecht is, moet wel slechte effecten hebben. Maar een foetus moet een zekere robuustheid hebben om ook na de geboorte te kunnen overleven. Van een miskraam kun je zeggen: ’t is jammer – die had een leuk leven kunnen leiden, maar miskramen hebben een functie: er is iets grondig mis met de foetus. Het is maar de vraag of ie zonder die paar alcoholische consumpties van de moeder wél levensvatbaar was.

Extra plan van de Gezondheidsraad: het verbieden van alcohol aan mensen met conceptiewensen. Want concipiëren in delorum schijnt nog veel gevaarlijker te zijn voor de vrucht – zo die er al komt, want alcohol dempt op een afschuwelijke manier de vruchtbaarheid. Ik geloof er niets van. Ik vermoed dat tachtig procent van de nu opgewekt rondlopende Nederlanders geconcipieerd zijn door ouders die een gezellig glaasje op hadden en in de stemming waren voor seksuele verstrengeling. Sommigen zelfs door ouders die regelrecht bezopen waren. Was er niet altijd een piek in geboortes negen maanden na Carnaval?

Afgelopen met de lol, als het aan de Gezondheidsraad ligt. Wie een kind wil zal zich ruim van tevoren moeten prepareren. Weg met de avondjes uit, zwieren in de disco en licht beneveld in elkaars armen vallen. ‘Wil je een glas wijn, schatje?’ ‘Niet als je vanavond nog van dattum wil, lieverd.’ Conceptie is een serieuze zaak, die zorgvuldig in de steigers moet worden gezet. En natuurlijk begeleid door de witgejaste gezondheidspolitie, die heus wel weet wat het beste is voor de immer tot het kwade geneigde burger.

Beatrijs Ritsema

Artikelen in NRC-column.


Kaartjes afwijzen

Beste Beatrijs,

Laatst kreeg ik een telefoontje van een goede kennis, die een kaartje over had voor een kooruitvoering in onze schouwburg een paar dagen later. Zij nodigde mijn vrouw of mij uit om met haar mee te gaan. Toen ik dit aan mijn vrouw voorlegde, reageerde zij terughoudend. Zij had geen zin en stelde voor dat ik zou gaan. Ik vertelde vervolgens onze kennis dat mijn vrouw noch ikzelf erg gesteld zijn op koorzang en daarom geen zin hadden om van haar aanbod gebruik te maken, met dank dat ze aan ons gedacht had. Nadien had ik hier toch niet zo’n goed gevoel over, want onze kennis reageerde enigszins teleurgesteld. Had ik uit beleefdheid anders moeten reageren?

Niet dol op koorzang

Beste Niet dol op,

Uw antwoord liet aan duidelijkheid niets te wensen over. Dat is in ieder geval nuttig. Uw hart sprong niet op bij de gedachte aan een avondje koorzang. Dan bent u ook in het geheel niet verplicht om er wél heen te gaan, alleen omdat een kennis toevallig een kaartje over heeft. Maar de wijze van formulering van uw weigering maakt veel uit. ‘Geen zin’ klinkt wel erg kortaf. In plaats daarvan had u een beetje kunnen uitweiden: ‘Koorzang heeft niet onze warme belangstelling, maar leuk dat je aan ons gedacht hebt, misschien moeten we eens iets anders samen doen, volgens mij is die-of-die wel geïnteresseerd in die voorstelling, en hoe gaat het trouwens met jou / je man / kind / hond?’ Een paar minuten geanimeerd doorkwetteren over iets anders doet wonderen om het gevoel van teleurstelling over een afwijzing te verlichten bij de uitnodigende partij.

Artikelen in Vrienden en kennissen.

Gelabeld met , , , .


Bedanken voor het compliment

Beste Beatrijs,

Ik maak wel eens iemand een compliment, en dan vindt men het nodig om mij daarvoor te bedanken, alsof het mij moeite zou hebben gekost. Ik beschouw dat bijna als een vernedering, want als ik het echt meen, dan hoef ik daar mijn best niet voor te doen. Ik heb een hekel aan gelegenheidscomplimenten. Spontaan en eerlijk vind ik veel beter. Al meerdere keren heb ik dit ‘probleem’ met andere mensen besproken en in de meeste gevallen is men het met mij eens. Zie ik het nu verkeerd?

Geen dank!

Beste Geen dank,

Op een uitspraak als ‘Wat heb je een mooie jurk / jas / schoenen aan!’ of ‘Prachtig lied heb je gezongen’ of ‘Fantastisch eten heb je klaargemaakt!’ of ‘Ik heb genoten van je toespraak / dichtbundel / atletische prestatie’ is de standaardreactie: ‘Dank je wel’. Dit ‘dank je wel’ heeft niets te maken met bedanken voor de moeite. Er zijn nog wel meer gelegenheden waarbij mensen ‘dank je’ tegen elkaar zeggen behalve wanneer iemand hen het leven heeft gered. Vaak zeggen mensen het al, wanneer hun het zout wordt aangereikt.

Mensen bedanken een ander, wanneer die iets aardigs doet of zegt. Ik begrijp niet waarom u zich hierdoor vernederd zou voelen. Als u niet wil dat mensen ‘dank je wel’ tegen u zeggen, wanneer u hen een complimentje heeft gegeven, rijst trouwens onmiddellijk de vraag wat ze dan wél zouden moeten zeggen. Zwijgen of eroverheen praten is onbeleefd. Dan is het net alsof ze niet gehoord hebben wat u zegt, alsof het hen niet interesseert wat u zegt. Het is verplicht te antwoorden. Maar als mensen gaan afdingen op wat u zei, bijvoorbeeld: ‘O, die jurk, dat is een oudje, hoor, die ligt al tien jaar in de kast’ of: ‘Nou, zoveel stelt het niet voor, dat pianospel van mij’ is dat ook niet prettig voor de complimentgever. Dan is het net of zijn beoordelingsvaardigheid in twijfel wordt getrokken.

Leg u erbij neer dat ‘dank je wel’ de conventionele respons is op een compliment. En wel op álle complimenten: zowel de eerlijk gemeende, de valse als de gelegenheidscomplimenten. De becomplimenteerde heeft toch geen flauw benul in welke categorie de spreker spreekt en is geneigd elk aardig woord voor zoete koek te slikken. Zoek er vooral verder niets achter.

Artikelen in Traditionele etiquette.

Gelabeld met .


Stiefmoeder geeft vreselijke cadeaus

Beste Beatrijs,

Mijn vader is hertrouwd met een lieve vrouw. Zij is helemaal niet mijn type. Ze komt uit Roemenië en heeft een compleet andere smaak en andere opvattingen dan ik. Dit leidt tot misverstanden. Bij mijn verjaardag laatst had ik tegen mijn vader gezegd dat ik graag een boekenbon wilde (hij klaagde dat hij nooit een cadeautje wist). Hij vond dat een prima idee. Maar wat ik kreeg was een enorme, lelijke plantenbak. Omdat dat ding met veel bombarie werd gepresenteerd door mijn vaders vrouw, heb ik niet gezegd wat ik ervan vond. Nu zit ik met een afschuwelijk object opgescheept. Hoe laat ik dit stilletjes verdwijnen zonder haar voor het hoofd te stoten?

En nog iets anders: na het huwelijk van mijn vader heb ik een grote, ingelijste foto gekregen van het bruidspaar. Ook die wil ik niet in mijn huiskamer, maar elke keer als ze op bezoek komen, hang ik hem maar snel op. Ik ben het al een keer vergeten en toen zag ik zijn vrouw de kamer afspeuren. Wat kan ik doen om duidelijk te maken wat ik ervan vind zonder hen te beledigen? Ze bedoelen het namelijk helemaal niet slecht, denk ik.

Andere smaak

Beste Andere smaak,

Ze bedoelen het niet slecht, schrijft u. Concentreer u daar op! U hebt een plantenbak gekregen die u niet bevalt. Toevallig is het zo dat mensen met cadeaus mogen doen wat ze willen. Dus u gaat die plantenbak de deur uitdoen. U geeft hem weg aan iemand die hem wel kan gebruiken of u zet hem bij het grof vuil. Als ze vragen: ‘Waar is de plantenbak?’ dan zegt u luchtig: ‘O, die paste niet goed in mijn interieur, ik heb hem weggegeven’ (niet zeggen ‘weggegooid’, dat is nodeloos kwetsend). Laat tegen uw volgende verjaardag nog eens terloops het woord ‘boekenbon’ vallen, als cadeau waar uw hart naar uitgaat.

De foto van het bruidspaar plaatst u ook weg. Op zolder of in een ander verborgen hoekje in huis. Er staat nergens dat mensen grote, ingelijste cadeau-foto’s ook daadwerkelijk moeten ophangen. Het is, toegegeven, een minder gelukkig cadeau. De meeste volwassen kinderen hebben geen huwelijksfoto van hun ouders in de woonkamer hangen, laat staan van hun vader met zijn tweede vrouw. Als ze ernaar informeren (wat ze niet zullen doen) dan zegt u vaagjes dat u hem ergens anders hebt neergezet.

Als dit het enige is wat u op de nieuwe vrouw van uw vader aan te merken hebt, valt het nogal mee. Ze hoeft uw type niet te zijn, zolang ze maar dat van uw vader is. Ze is lief, ze hebben het leuk samen, alle reden om u te verheugen. Gooi uitingen van haar slechte smaak weg, voor zover ze detoneren in uw interieur (kleine dingetjes kunnen in een la worden weggewerkt), discussieer in gemoede over haar andere opvattingen, en maak er verder het beste van door het gezellig te houden.

Artikelen in Cadeaus, Ouders en volwassen kinderen, Stieffamilie, Visite.


Inwonend stelletje

Beste Beatrijs,

Sinds een jaar heeft onze oudste zoon verkering. Ze zijn tot over hun oren verliefd. Hij is eerstejaarsstudent in een andere plaats, zij is 17 en zit nog op de middelbare school. Na veel drammen hebben ze het bij de wederzijdse ouders voor elkaar gekregen dat ze de meeste dagen van de week bij elkaar slapen, afwisselend bij ons en bij haar ouders. Eerst zou het samen slapen zich beperken tot de weekends, maar nu gebeurt dat ook op andere dagen van de week. De resterende twee of drie dagen zit onze zoon dan op zijn studentenkamer. Haar ouders zijn er ook niet blij mee (we hebben ze hierover gebeld), maar ze leggen zich erbij neer, omdat hun dochter anders teveel stennis maakt.

Naar ons oordeel is hun gedrag als ze bij ons zijn beneden alle peil. Na het wisselen van enkele verplichte zinnetjes, vertrekken ze naar zijn kamer. Om te eten komen ze even beneden en dan trekken ze zich weer terug. Meehelpen met tafel dekken of de afwas is er niet bij en ook de verdere deelname aan het gezinsleven is minimaal. We zitten kortom enkele dagen van de week opgescheept met een inwonend stelletje dat volledig zijn eigen gang gaat en zich nergens mee bemoeit. We hebben hier met hem over gepraat, maar er verandert niets. Nu wil zijn vriendin niet meer dat wij met hem onder vier ogen spreken.

Hoe kunnen we onze zoon duidelijk maken dat wij geen inwonend stelletje meer willen? We zijn erg op hem gesteld en we hadden ook altijd een goede verhouding met hem, maar we willen een normaal gezinsleven leiden.

Ouders met inwonend stelletje

Beste Ouders met,

Dat samen slapen in uw huis had natuurlijk meteen in de kiem moeten worden gesmoord. Het is veel moeilijker om het nu terug te draaien. Ik hoor het gesputter over verworven rechten al. Hoe u er een eind aan kunt maken? Ogen dicht en in het diepe springen! U gaat hem uitleggen dat het afgelopen is. Uw zoon mag van zijn vriendin niet met u alleen spreken? Niets mee te maken! U wacht hem op en dwingt een gesprek af – zonder haar erbij. Het beste is om deze relatie tot een weekendrelatie te reduceren. Dan hebben ze doordeweeks tijd voor hun eigen dingen. Wil uw zoon niet ook een beetje een studentenleven leiden, met vrienden, met een bredere horizon, dan alleen een geliefde om mee op z’n kamer te zitten en in bed te liggen? Moet deze vriendin ’s avonds geen huiswerk maken of zoiets?

Leg de voordelen uit van een iets lossere (weekend)verhouding. Het is toch niet leuk voor een jongen van 19 om het ingekapselde leven te leiden van een duf stelletje dat op ouders parasiteert? Maar los daarvan, ook al wil hij dit wél, u wil het níet meer. U bent de ouders, het is uw huis, u betaalt de hypotheek, u wil geen semi-permanente huisgenoot die u niet zelf hebt uitgezocht (en al helemaal geen akelige splijtzwam, al hoeft u dat laatste er niet bij te vertellen). Hij heeft een studentenkamer, daar kan hij doen en laten wat hij wil. Als zijn vriendin nog thuis woont en doordeweeks niet kan reizen, pech gehad. Zo gaat dat met tienerrelaties. Een beetje smachten en toeleven naar een volgende ontmoeting heeft de liefde nooit kwaad gedaan. Volgend jaar kan ze misschien wel zelfstandig gaan wonen. Maak uw zoon duidelijk dat zijn relatie als een energie-opslorpend, zwart gat in uw huis zit, en dat dat u te zwaar valt. Als u altijd een goede verhouding met uw zoon hebt gehad, moet hij voor redelijkheid vatbaar zijn. Zo niet, heel jammer, maar dat samen slapen in uw huis is desondanks afgelopen.

Artikelen in Liefde en relaties, Tieners.


Leerlingen zijn onbeleefd

Beste Beatrijs,

Als leerkracht word ik steeds vaker geconfronteerd met het gebrek aan elementaire beleefdheid bij jongeren. We zijn al gewend geraakt aan de puber, hangend in zijn stoel, slapend in zijn bank. Komt daar echter nog bij dat mijn leerlingen zonder enige schaamte boeren en winden laten, kauwen in de klas en duchtig lachen om elkaars onbeschoftheden. Hoe vaak ik hier ook tegenin ga (straffen, grappige opmerkingen, preken), dit gedrag blijft. Enige tips?

Machteloze leraar

Beste Machteloos,

Stel de regels opnieuw vast in een krachtige toespraak van twee minuten, en deze keer mét de sancties erbij. Niet boeren, geen winden, niet eten of drinken en geen kauwgom in de klas. Wanneer iemand het toch doet, stuurt u hem of haar eruit. En degene die erom moet lachen, mag meteen mee. Naar de directeur, of de conrector of de rector, of naar de kantine wanneer de leidinggevenden de overtreding niet serieus genoeg vinden om in behandeling te nemen. Motivatie: met dit gedrag van leerlingen ontstaat een onprettige sfeer, waarin niet te werken valt. Dan moeten ze er maar uit. Maak nooit een uitzondering, en pas bij regelschending altijd onmiddellijk de sanctie toe. Zonder emotioneel vertoon, maar zakelijk alsof u een parkeerbon uitschrijft.

Artikelen in Eten en drinken, Scholen en verenigingen, Traditionele etiquette, Zakelijke relaties.