Spring naar inhoud


Té hard de hand drukken

Beste Beatrijs,

Stoere binken geven vaak zulke ferme handdrukken dat zij de middenhandsbeentjes van de oudjes tot een bundeltje samenknijpen. Als die oudjes dan een beetje artrose hebben, roepen zij: ‘Au!’ en krimpen van de pijn. Ook die oudjes willen actief worden betrokken bij dat kleine ritueel van de begroeting, het handen geven. Het heet immers: elkaar de hand geven. Actie dus van beide kanten. Bij de zeer ferme handdruk is er voor de zwakkere geen rol weggelegd, omdat hun hand in een klem wordt gehouden. Jammer dat niet ook zij uitdrukking mogen geven aan hun wens om via hun hand een groet te uiten. Zij willen het wel!

Samengeknepen

Beste Samengeknepen,

Ja, die stoere binken. Die willen graag voor viriele personen doorgaan en hebben uit de populaire psychologie opgepikt dat een krachtige handdruk staat voor een krachtige persoonlijkheid en dat slappelingen slappe handjes geven. Dus vermorzelen ze liever een hand dan de verkeerde indruk te vestigen. Het juiste midden raakt op die manier uit zicht. Het probleem is overigens van alle tijden. Pas wanneer betreffende stoere binken zelf de artrosegerechtigde leeftijd bereiken, zullen zij hun dwalingen inzien. Er valt dus niets aan te doen, behalve dat u, wanneer u een pijnlijke handdruk aan ziet komen (dat is niet zo moeilijk – u herkent het bijbehorende type handenschudder van verre), vlak voor het moment daar is, roept: ‘Voorzichtig! Mijn botten zijn van porselein!’

Artikelen in Aanspreken en begroeten.

Gelabeld met .


Onaangekondigde bezoeken van kinderen

Beste Beatrijs,

Sinds ruim een half jaar heb ik (man, 65-plus) een goede lat-relatie met een vrouw (een weduwe, ook 65-plus). Zij kampt nog steeds met vermoeidheid ten gevolge van een hartinfarct van twee jaar geleden. Zij heeft vier kinderen en vele kleinkinderen. Een aantal van hen komt heel vaak op bezoek, altijd onaangekondigd. Dit gaat al heel lang zo. Een stel komt bijna elke zondagmiddag. Hoewel ik de gastvrijheid van mijn lieve vriendin zeer kan waarderen, heb ik grote moeite met al die onaangekondigde bezoekjes. Mijn vriendin loopt maar rond met koffie en thee et cetera en hoewel ik haar probeer te helpen, is zij vaak erg moe na afloop.

Mijn eigen kinderen bellen altijd eerst op om te vragen of het uitkomt en omgekeerd doe ik dat ook altijd. Ik zie wel mogelijkheden om mijn visie op diplomatieke wijze aan de kinderen van mijn vriendin over te brengen, maar mijn vriendin wil dat nog steeds niet. Hoe denkt u hierover?

Onaangekondigd bezoek

Beste Onaangekondigd,

Deze gang van zaken lijkt ú niet ideaal, maar uw vriendin is niet anders gewend. Uit uw brief blijkt niet dat zij lijdt onder of opziet tegen het zeer regelmatige onaangekondigde bezoek van haar familie. Sterker nog, als u aanbiedt om haar kinderen diplomatiek mede te delen dat ze voortaan van tevoren belet moeten vragen, dan houdt uw vriendin u tegen.

Blijkbaar vindt ze het wel prima zoals het gaat. Ze is blij dat haar kinderen en kleinkinderen zo vaak bij haar langskomen. De vermoeidheid na een uitgebreid sociaal treffen met degenen die haar het meest na staan deert haar niet, omdat haar hart erdoor verkwikt raakt.

Blijf hier buiten. Vergeet niet dat u pas een half jaar een relatie met haar hebt en dat zij haar familie al sinds hun geboorte kent. Als nieuwste aanwinst binnen de familiekring kunt u zich beter koest houden dan er de lakens te gaan uitdelen. Laat uw vriendin dus haar gang gaan met haar familie op de manier zoals zij dat gewend is.

U hebt een lat-relatie. Als u niet bovenmatig geïnteresseerd bent in de halve zondag met de familie van uw vriendin (iets wat ik me best kan voorstellen), dan kunt u misschien de zondag beter in uw eigen huis doorbrengen.

Als enig concreet bezwaar noemt u het rondsjouwen met koffie en thee, waar uw vriendin vermoeid van raakt. Het zou schelen als de familie bijspringt. Vraag aan de bezoekers of ze zelf de koffie willen zetten/ kopjes naar de keuken brengen/ afwassen/ hapjes halen, dat soort dingen, omdat uw lieve vriendin (hun moeder) zich niet te veel mag inspannen. Liefhebbende familie zal zo’n verzoek met alle plezier honoreren. Als uw vriendin protesteert, zegt u: ‘Nee, nee, blijf jij nou maar lekker zitten,’ en u loopt met het bezoek mee heen en weer naar de keuken om ook even mee te helpen. Ook kleinkinderen zullen graag bereid zijn om oma klusjes uit handen te nemen.

Artikelen in Liefde en relaties, Ouders en volwassen kinderen, Visite, Ziekte.

Gelabeld met .


Fout gemaakt in ziekenhuis

Beste Beatrijs,

In het ziekenhuis waar ik stage loop heb ik onlangs een grote fout gemaakt: tijdens het verwerken van longmateriaal van patiënten heb ik er twee verwisseld. De fout werd later ontdekt en hersteld. Mijn stagebegeleidster heeft me de dag daarna hierop aangesproken. Maar de collega bij wie ik de fout dus maakte heb ik hierna niet meer gesproken. Volgende week sta ik weer met haar op die afdeling en mijn vraag is hoe ik mij moet opstellen. Moet ik mijn excuus aanbieden, erover zwijgen of er kort op in gaan? Wat zegt de etiquette over het omgaan met fouten en het toegeven aan elkaar?

Door het stof?

Beste Door het stof,

Ja, het lijkt me beter dat u er even op terugkomt en u excuseert tegenover uw collega. Als u en zij samen verantwoordelijk waren, werd zij misschien ook wel verdacht van het maken van deze fout. Hoe dan ook, als zij weet dat er iets is misgegaan bij dingen die mede onder haar verantwoordelijkheid vielen, dan is het gepast om haar uit te leggen wat er precies is gebeurd en daarbij uzelf te verontschuldigen. Dat is helemaal niet erg. U bent stagiaire, dus u mag fouten maken. Daar leert u van en de volgende keer zult u extra goed opletten. Ruiterlijk toegeven en uzelf excuseren is beter dan doen alsof er niets is gebeurd, althans tegenover de mensen die ermee te maken hebben – u hoeft het ook weer niet aan iedereen rond te bazuinen.

Artikelen in Collega's, Werk, Zakelijke relaties.

Gelabeld met .


Schoonmoeder doet dom

© Sjoerd van der Zee

Beste Beatrijs,

Mijn schoonouders hebben al diverse keren van mijn niet heel ingewikkelde, maar wel smakelijke maaltijden mogen genieten. Mijn schoonmoeder laat steeds op zeer luide, licht verongelijkte toon weten dat ze dingen niet kent (‘Avocado? Nooit van gehoord’) en niet gewend is (‘Yoghurt met knoflook? Daar hoort toch suiker in?’) Laatst bestond ze het zelfs om te zeggen: ‘O, een Mona-toetje, heeeee, hoe moet je die nou open krijgen?’ Zelf heb ik van mijn ouders geleerd dat het niet netjes is om breeduit te etaleren dat je niet bekend bent met bepaalde gebruiken of gerechten. Ik heb geleerd om mij zonder commentaar aan te passen aan wat een gastvrouw mij voorzet. Ik weet steeds niet hoe ik moet reageren op de ‘spontane kreten’ van schoonma.

In de maling genomen?

Beste In de maling,

Uw schoonmoeder gedraagt zich een beetje als een onnozele die nooit verder heeft gekeken dan de grenzen van haar eigen buurt of dorp. Ze gaat prat op haar onwetendheid, vindt alles wat ze niet kent gek en stelt domme vragen. Of dit een pose is, waarmee ze indirect kritiek geeft op uw manier van koken (of op uzelf), of dat ze eerlijk uiting geeft aan haar gemoedstoestand doet niet ter zake. De verhouding (in dit geval schoonmoeder-schoondochter) eist respect van uw kant, dus respect moet u haar geven, en geen correcties op haar gedrag en geen irritatie. U negeert toon en intentie en reageert alleen op de inhoud van haar uitingen. Dus als ze niet weet hoe ze het vlees moet snijden of vraagt ‘Wat is dat voor rare groente?’ of niet weet hoe ze het toetje moet openmaken, dan geeft u op een vriendelijke manier uitleg, precies zoals u zou doen met een onnozel kind. Na uitleg danwel aanschouwelijke demonstratie (‘Geef maar even hier, Schoonmama, dan help ik u wel’) pakt u de draad van de lopende conversatie, voorzover aanwezig, weer op.

Artikelen in Eten en drinken, Schoonfamilie.

Gelabeld met , .


Hoe vriendschapsring dragen?

Beste Beatrijs,

Enige tijd geleden heb ik van mijn vriend een prachtige ring gekregen. Ik draag deze aan de ringvinger van mijn linkerhand. Ik ben katholiek en katholieken dragen hun verlovingsring doorgaans rechts. Ik wil niet dat mensen de ring aanzien voor een verlovingsring en draag hem nu dus maar aan de ‘trouwkant’. Is dat eigenlijk wel correct? Wat zijn de regels rond het geven van ringen en aan welke hand draag ik hem dan? Behoort een dame wel een ring aan te nemen die geen verlovingsring is?

Verder ben ik geïnteresseerd in zegelringen. Draagt men die nu aan de pink of aan de ringvinger en aan welke hand is dat gepast? Ik hoorde dat de vorm en kleur van de ring ook iets zeggen over de burgerlijke status van een dame. Kunt u mij daar meer over vertellen?

Hoe zit het met ringen?

Beste Hoe zit het met,

Het spijt me, maar ik heb de etiquetteregels betreffende verlovings- en trouwringen niet paraat. Die zijn ook niet verschrikkelijk belangrijk, omdat in brede lagen van de bevolking de betekenissen van deze signalen allang niet meer worden begrepen, laat staan toegepast. De mensen doen maar raak: ze dragen géén ring terwijl ze wel getrouwd zijn, ze dragen wel een ring terwijl ze niet getrouwd zijn, sommigen links, anderen rechts, ze dragen ringen aan ongebruikelijke vingers – al slaan ze de ring bij wijze van piercing door hun neus, ik vind alles best. Verder staat het iedereen vrij om een geliefde bij wat voor gelegenheid dan ook een mooie ring te geven. Ik zal de laatste zijn om de huidige vrijgevochtenheid inzake ringen aan regelgeving te onderwerpen. Ook op het deelgebied van de zegelring moet ik mijn diepgaande onkunde bekennen.

Wie wel alles afweet van ringensymboliek door de eeuwen heen en de bijbehorende etiquette naar gelang verschillende zuilen en standen is historica Reinildis van Ditzhuyzen. In haar boek Hoe hoort het eigenlijk? (een modernisering van Amy Groskamp-ten Have’s klassieker uit de jaren dertig) gaat zij met veel kennis van zaken en op z’n tijd een knipoog in op allerlei etiquettekwesties, waaronder ook de voorschriften omtrent verlovings-, trouw- en zegelringen. Ik kan haar wetenswaardigheden hier wel gaan zitten overschrijven, maar ik verwijs u liever naar de boekwinkel voor dit onvolprezen standaardwerk.

Artikelen in Traditionele etiquette, Vrienden en kennissen.


Alle buren verhuizen

Beste Beatrijs,

25 jaar geleden kwamen wij met een jong gezin te wonen in een nieuwbouwwijk. Nu zijn de kinderen de deur uit. Zo ook bij andere langwonende gezinnen. De laatste tijd zijn er verschillende oudgedienden verhuisd. Dat speet me. Mijn man en ik wonen hier nog steeds met plezier en wij hebben geen wens om te gaan verhuizen. En toch steekt het als de mensen die verhuizen zeggen: ‘Ik ben hier uitgekeken, ik ken elke steen’. Een van de achterblijvers zei laatst tegen me: ‘Ik ga me haast een loser voelen.’ Soms krijg ik ook zo’n gevoel. Alsof er op ons wordt neergekeken, omdat wij blijven. Ik weet dat het onzin is, maar waarom zit het me dan dwars?

In de steek gelaten

Beste In de steek,

U proeft triomfalisme in de woorden van de vertrekkers. Zij zeggen: ‘Ik heb het hier langzamerhand wel gezien’. Daarmee impliceren ze dat het in het leven gaat om steeds weer nieuwe avonturen beleven (op zichzelf een dubieuze stelling). En vervolgens vat u hun uitspraak op als ‘wie niet verhuist is een sufkop’. Maar dat hoeven ze niet zo te bedoelen – dat is uw interpretatie. Mensen die een verhuisbeslissing hebben genomen zijn geneigd die in een dynamisch licht te zetten om zichzelf te rechtvaardigen. Het woord ‘uitdaging’ is nooit ver weg op zo’n moment. Wie weet zien ze er stiekem best een beetje tegen op om te vertrekken, maar dat zullen ze niet snel toegeven. Ze maken liever een energieke indruk door aandacht te vestigen op alle nieuwe horizonten die ze gaan verkennen. U moet niet te veel betekenis hechten aan hun woorden. De mensen zeggen maar wat. Of ze wel of niet branden van waarachtig verhuisverlangen is voor u niet eens relevant. U hebt het naar uw zin in uw huis en in uw omgeving. Hoe kan iemand die ergens met plezier woont een loser zijn? Die is een geluksvogel! Die heeft bereikt waar al die verhuizers naar op zoek zijn, maar waarvan het nog maar de vraag is of ze dat in hun nieuwe omgeving ook zullen aantreffen.

Artikelen in Buren.


Ongevraagd e-mails doorsturen

Beste Beatrijs,

De laatste tijd heb ik nogal eens meegemaakt dat mensen (privé en op het werk) buiten mijn medeweten een aan hen gerichte persoonlijke e-mail van mij doorsturen naar een ander. Dat merk ik dan als die ander mij aanspreekt op de inhoud van mijn mailtje. Ik vind dat erg onplezierig. Het lijkt me logisch als de eerste ontvanger mij toestemming zou vragen voor doorzending of althans mij dit zou mededelen. Je kopieert toch ook niet een brief om die naar allerlei anderen door te sturen? Als ik wil dat anderen op de hoogte zijn van mijn overpeinzingen, kan ik er zelf wel een rondzend-e-mail van maken.

Omdat het zoveel gebeurt, vraag ik me af of ik me hier ten onrechte aan stoor. Hoe staat de etiquette tegenover het doorsturen van e-mails?

Eén ontvanger is genoeg

Beste Eén ontvanger is,

Inderdaad, mensen zouden geen mailtjes moeten doorsturen, zeker geen persoonlijke. Toch gebeurt het. In het zakelijke verkeer is daar ook weinig op tegen. De doorgestuurde e-mail kan collega’s snel en efficiënt ergens over informeren. Bij persoonlijke e-mails tussen vrienden zou u erop moeten kunnen vertrouwen dat uw vrienden de verleiding van de forward-knop weerstaan. Maar telkens weer leert de praktijk dat ze dat niet kunnen. De slotsom luidt dat e-mailprivacy een mooi concept is maar niet levensvatbaar. Daarom raad ik u aan niet te mailen als u iets vertrouwelijks hebt mede te delen. Gewoon niet doen. Want uw correspondenten sturen het net zo makkelijk door en spelen dan de verbaasde onschuld als u protesteert (‘O, ik wist niet dat je daar moeilijk over zou doen, sorry, hoor!’)

Grijp de telefoon, vraag belet, spreek onder vier ogen. Men zal de dingen blijven doorvertellen, maar het herhalen van gesproken woorden kan minder kwaad dan het repeteergeweer van de forward-knop, al was het maar omdat gesproken woorden altijd kunnen worden ontkend.

Artikelen in Internet en e-mail.


Invalidentoilet bij hoge nood

Beste Beatrijs,

Pauze bij een voorstelling in de schouwburg of theaterzaal. Ik moet – net als vele andere vrouwen – nodig naar de wc. Lange rijen bij de Dames. Géén rijen bij het invalidentoilet. In de verste verte geen (zichtbare) invalide te bekennen. Vraag: mag ik nou wel of niet gebruik maken van het invalidentoilet, héél even?

Hoge nood

Beste Hoge nood,

Natuurlijk mag u van het invalidentoilet gebruik maken! Een invaliden-wc is geen invaliden-parkeerplaats, waar u eerst een medische verklaring en vervolgens een gemeentevergunning voor nodig hebt. U mag in bus of tram ook gaan zitten op een zitplaats voor gehandicapten als er geen gehandicapte passagier is. Er zijn altijd te weinig wc’s voor vrouwen in openbare gelegenheden. Waarom zou u in de rij gaan staan als er een fijne, ruim bemeten voorziening vrij staat? U bekort op die manier de rij en anderen zullen uw voorbeeld volgen. Als er een gehandicapte aankomt, krijgt die vanzelfsprekend voorrang, maar zolang dat niet het geval is, zijn de invalidentoiletten vrijelijk toegankelijk voor iedereen.

Artikelen in Het publieke domein, Ziekte.

Gelabeld met .


Brutale kinderen op verjaardag

Beste Beatrijs,

Onze familie vierde onlangs oma’s verjaardag met een gezellig dagje: ’s middags naar de bioscoop, daarna samen eten. Alle kinderen en kleinkinderen waren er. Mijn zus is mij heel dierbaar en haar man ook. Schatten van mensen. Maar wat een ongelooflijk onbeschofte kinderen hebben ze! Ik had de pech tegenover hen te zitten en heb echt geen leuke avond gehad. Eten uitspugen, schreeuwen, ruziemaken, de schaal frites werd geconfisqueerd, mijn glas wijn werd door hen leeggedronken, cadeaus waar niet voor bedankt wordt. Ik heb eerder meegemaakt dat een cadeautje voor mijn ogen door hen in de vuilnisbak werden gegooid met de mededeling ‘Boeit me niet’ en ‘Tien euro, is dat alles?’ Mijn zus en haar man lijken dit helemaal niet in de gaten te hebben. Mijn neefje van acht zei het zelf: ‘Ik kan alles doen waar ik zin in heb.’ Ik heb hier zo genoeg van, maar ik wil me niet met de opvoeding van anderen bemoeien.

Tabak van brutale kinderen

Beste Tabak van,

Doorgaans raad ik mensen af om zich kritisch uit te laten over de kinderopvoeding van vrienden of familie, omdat je voor je het weet slaande ruzie en een jarenlange vete hebt. In dit geval zie ik wel wat aanknopingspunten voor een gesprek, omdat u niet alleen toeschouwer maar ook slachtoffer bent. Bovendien staat u op goede voet met uw zus, dus moet de relatie tegen een stootje kunnen.

Het moet wel een gesprek onder vier ogen zijn. Dus niet met uw man of haar man erbij, want dan wordt het meteen een aanval. U en uw zus alleen, dat is de beste opzet. Breng het onderwerp ter sprake als iets wat u dwarszit. Formuleer uw klacht over haar kinderen als een hulpvraag. De rode draad moet zijn dat u ‘niet boos maar verdrietig’ bent. Zeg dat u het u pijn doet, wanneer haar kinderen uw cadeau in de vuilnisbak gooien waar u bijstaat, of wanneer ze uw glas wijn opdrinken, of wanneer ze de friet van de hele tafel voor zichzelf houden. Zeg dat het schatten van kinderen zijn, maar dat u niet goed weet hoe u hiermee om kunt gaan. Vraag haar wat hier aan te doen zou kunnen zijn. Vraag haar of ze zelf wel eens last heeft van haar kinderen. Als u het gesprek op een open, niet-beschuldigende toon voert, hebt u de meeste kans dat uw zus uw woorden tot zich door laat dringen. De boodschap moet zijn (maar leg het er vooral niet te dik bovenop!) dat niet alleen uzelf maar waarschijnlijk ook allerlei andere mensen geen waardering hebben voor hoe deze kinderen zich gedragen. Als zij dit oppikt en niet reflexmatig in de verdediging schiet, kan het gesprek vervolgens gaan over hoe ouders dit kunnen corrigeren. Want dat kunnen ouders best – een kwestie van duidelijker regels stellen.

Zolang u geen agressief-verongelijkte toon laat doorklinken en u beperkt tot een persoonlijk gevoelde klacht, zal uw zus zich niet aangevallen voelen. Zo’n gesprek blijft altijd een mijnenveld en u moet uw woorden zorgvuldig kiezen, maar het is wel belangrijk dat u het aangaat. Als u het laat zitten, met het idee ‘ik wil geen gedoe en ze moet het zelf maar uitzoeken’, dan laat u haar en haar kinderen in de steek. Wordt uw zus ondanks uw voorzorg toch boos, dan hebt u in ieder geval uw best gedaan.

Artikelen in Broers en zussen, Grootouders en kleinkinderen, Kinderopvoeding, Verjaardag.

Gelabeld met .