Spring naar inhoud


Ongevraagde adviezen

Beste Beatrijs,

Sinds kort ben ik afgestudeerd en wordt het hoog tijd om zelf mijn boontjes te doppen. Tijdens mijn studententijd stonden mijn ouders erop me financieel te steunen, waar ik uiteraard veel voordeel van heb gehad. Ik heb al die tijd overigens op mezelf gewoond. Het punt is dat mijn moeder zich erg bezighoudt met de inrichting van mijn leven. Dat ik nu mogelijk mijn toekomstige man heb ontmoet wordt met enige twijfel in plaats van met enthousiasme ontvangen. Verder zoekt mijn moeder voor mij naar vacatures in mijn vakgebied, terwijl ik er nog niet helemaal uit ben waar ik wil gaan werken. Omdat ik zolang financieel gesteund ben, voel ik me verplicht gehoor te geven aan adviezen, maar eigenlijk ben ik helemaal niet gediend van ongevraagde bemoeienissen. Hoe kan ik tactisch duidelijk maken dat ik het zelf wel uit kan zoeken?

Geen advies nodig

Beste Geen advies nodig,

U kunt aanhoren wat ze zegt, maar u hoeft haar goede raad niet op te volgen.

Zeg luchtig ‘Dankjewel’ en ‘Interessant’ tegen uw moeder, als ze u van advies dient, en doe vervolgens waar u zelf zin in hebt. Uw moeder mag adviezen geven, zoveel ze wil. U kunt aanhoren wat ze zegt (misschien heeft ze nog wel eens een nuttige tip), maar u bent volwassen en hoeft haar goede raad niet op te volgen. Als ze zegt dat u ergens moet solliciteren, dan doet u dat eenvoudig niet, als de baan u niks lijkt. Als ze niet enthousiast is over uw nieuwe relatie, houdt u voorlopig op om daar verdere mededelingen over te doen.

Dat uw ouders u financieel gesteund hebben met uw opleiding is mooi, maar niet zo vreselijk bijzonder. De meeste ouders betalen mee aan de opleiding van hun kinderen. Dit betekent niet dat ouders daarna zeggenschap hebben over hoe die volwassen geworden kinderen hun leven inrichten. Dat bepalen die kinderen zelf en dat weet uw moeder natuurlijk best. Als haar bemoeienis u te dol wordt, kunt u daar nog eens vriendelijk op wijzen: ‘Mama, ik ben 24, hoor! Ik kan het zelf wel uitzoeken.’

Artikelen in Ouders en volwassen kinderen.

Gelabeld met .


Jeugdrevolte

In Groot-Brittannië is het een en al deuren openhouden, ‘thank you’, ‘sorry’ en ‘lovely’ wat de klok slaat.

Op maandagmiddag liepen we door het centrum van Birmingham (een niet heel aantrekkelijk amalgaam van moderne bouwsels en sjofele straten) en ’s avonds vijftig kilometer verderop zagen we bij het nieuws op tv datzelfde Birmingham, waar net als eerder in Londen stevige rellen waren uitgebroken. Ik meende zelfs de aanblik van een winkelstraat te herkennen, waar in capuchonsweaters gehulde plunderaars een etalageruit aan diggelen sloegen. Het was onthutsend om te zien, omdat er ’s middags niets te merken was geweest van een gespannen sfeer. De stad onderscheidde zich niet speciaal van de vele westerse metropolen, waar duizenden mensen van diverse etnische achtergrond en sociale klasse vredig door elkaar heen krioelen minding their own business. In Groot-Brittannië gaat het er doorgaans zelfs nog vrediger aan toe dan elders door de beleefde omgangsvormen in het openbaar waar iedereen aan meedoet. Het is daar een en al deuren openhouden, ‘thank you’, ‘sorry’ en ‘lovely’ wat de klok slaat.

Die karakteristiek Britse beleefdheid heeft natuurlijk geen remmende invloed op de explosies van ongenoegen zoals die zich vorige week voordeden. Een menigte die in een relstemming verkeert heeft andere preoccupaties. Waardoor de vonk ineens in het kruitvat schiet en er op grote schaal verwoestingen en plunderingen worden aangericht is raadselachtig. Economisch gaat het niet geweldig in Groot-Brittannië, maar in grote delen van de Europese Unie gaat het nog veel slechter. In Spanje en Griekenland is bijna de helft van de jongeren werkloos, in Italië en Ierland meer dan een derde.

Vooral in Spanje, dat trouwens met enorme immigratie te maken heeft, is de situatie voor jongeren uitzichtloos. Maar in Spanje explodeert de onvrede niet in geweld, althans nog niet – daar ondernemen tienduizenden verontwaardigde jongeren (indignado’s) een soort pelgrimsmars naar het Europees Parlement in Brussel, waar ze op 15 oktober hopen aan te komen. De protesten zijn gericht tegen hun gebrek aan economisch perspectief. Wat voor remedies hun voor ogen staan is minder duidelijk, maar de revolte is in ieder geval vreedzaam. Het komt niet in het hoofd van de Spaanse jongeren op om de plaatselijke middenstand aan te vallen en in brand te steken.

Dat opmerkelijke verschil tussen Britse en Spaanse opstandelingen moet iets te maken hebben met de cultuur van de betreffende landen. Waarschijnlijk voelen de relschoppers in de Engelse grote steden zich op de een of andere manier meer buitenstaanders dan de brave indignado’s. Groot-Brittannië is dan ook veel meer dan andere Europese landen een klassenmaatschappij. Psychiater/cultuurcriticus Dalrymple heeft uitgebreid beschreven hoe de hogere klassen in hun verblindheid door cultureel relativisme de stijlparafernalia van de lagere klassen (tatoeages en piercings) overnamen, maar voor zichzelf bleven vasthouden aan waarden als scholing, discipline en een ordentelijk gezinsleven met de bijbehorende groepsdruk. Fenomenen als huiselijk geweld, alcoholisme, ongehuwd moederschap, tienerzwangerschappen tekenen het leven in de onderklasse, waardoor kinderen opgroeien in een moreel vacuüm dat makkelijk gevuld wordt met verveling en verongelijktheid.

De verkruimeling van het gezin en bijgevolg van de bredere familie reduceert mensen tot losse individuen zonder groep die hen beschermt en voorschrijft wat ze moeten doen. In de hogere klassen maakt iedereen deel uit van een groep (zo niet de familie, dan toch privéscholen, kostscholen, studentenverenigingen, beroepsgroepen) met strikte codes en conventies. In Spanje en andere Zuid-Europese landen heerst het primaat van de familieclan. Een werkloze jongere of een bejaarde ouder in Spanje kan altijd rekenen op financiële loyaliteit van de familie. De familie als vangnet, maar ook als autoritaire instantie die haar leden in het gareel houdt. In de onderklasse van Groot-Brittannië is het ieder voor zich en de straatbende voor allen.

Artikelen in Column.


Hand op schouder

Beste Beatrijs,

De leidinggevende op mijn werk legt vaak even zijn hand op mijn schouder of op die van andere collega’s. Zoals je dat wel eens ziet bij politici of zakenmensen onder elkaar. Ik ben een vrouw van 32, maar hij doet het ook bij mannelijke collega’s bij wijze van bedankje of ter afsluiting van een gesprek of gewoon als groet. Ik voel me dan net een schoolkind dat even over de bol wordt geaaid. Het gebaar maakt op mij de indruk van ‘Ik ben de baas en druk jou op deze manier naar beneden’. Of zoek ik hier te veel achter? Ik vind het in ieder geval onaangenaam. Ik probeer mij voor te stellen wat er zou gebeuren als ik ineens hetzelfde bij mijn leidinggevende zou doen. Ik vermoed dat dat totaal verkeerd zou vallen, maar waarom mag hij het wel en hoe maak ik er een eind aan?

Naar beneden gedrukt

Beste Naar beneden gedrukt,

Afgezien van de (gelijkwaardige) handdruk behoort men op het werk van elkaar af te blijven.

Een leidinggevende die regelmatig zijn hand op de schouder van een ondergeschikte (m/v) legt is patroniserend bezig. Misschien is de baas een touchy feely type en denkt hij op die manier een gezellige, warme sfeer te creëren, maar dan koestert hij een misvatting, want tal van mensen zijn absoluut niet gediend van fysiek contact – niet als het komt van directe collega’s en van leidinggevenden nog veel minder. Afgezien van de (gelijkwaardige) handdruk behoort men op het werk van elkaar af te blijven. Er zijn twee non-verbale manieren om hier een eind aan te maken. De ene manier is om uzelf er fysiek onderuit te draaien: u zakt lichtjes door de knieën, doet een stapje opzij en u draait uw schouder weg, zodat de ongewenste hand wegglijdt. De andere manier is om, als u het aandurft, de baas te spiegelen: u legt als reactie uw hand op zíjn schouder. De vrijheid die hij zich permitteert kunt u best voor uzelf opeisen. Mogelijk valt deze spiegeling inderdaad verkeerd, maar net zoals het voor u moeilijk is om tegen de baas te zeggen: ‘Handen thuis!’ is dat voor hem ook lastig. Wel zou zo’n spiegelingsactie er toe kunnen leiden dat de baas in het vervolg ervoor terugdeinst om zijn hand op uw schouder te leggen – hij weet immers dat hij dan lik op stuk krijgt.

Als deze non-verbale tactieken niet werken (bijvoorbeeld omdat de baas het prima vindt dat u ook uw hand op zijn schouder legt), raad ik u aan om de kwestie ter sprake te brengen in de vorm van een onnozele vraag: ‘Waarom legt u (leg je) eigenlijk een hand op mijn schouder?’ Het maakt niet uit wat voor toelichting hij geeft, u kunt op alles wat hij verklaart begrijpend knikken en vriendelijk vragen of hij toch ermee wil ophouden, omdat u het niet prettig vindt om eenzijdig te worden aangeraakt.

Artikelen in Collega's.

Gelabeld met .


Aanhoudende collega

Beste Beatrijs,

Ik (vrouw van 35) heb een collega die mij het afgelopen halfjaar wel tien keer heeft uitgenodigd om koffie te drinken, uit eten te gaan, bij haar langs te komen enzovoort. Ik heb er helemaal geen zin in, dus ik heb voortdurend ontwijkend geantwoord, smoesjes verzonnen, uitgesteld. Laatst stelde zij de vraag of ik er misschien geen zin in heb. Was het niet netter geweest als zij die conclusie zelf na drie keer had getrokken in plaats van te blijven doordrammen? Om haar gevoelens te sparen antwoordde ik ook nu weer ontwijkend, maar ik voel me haast gedwongen om grof te worden en te zeggen: ‘Ik heb er inderdaad geen zin in.’ Hoe kan ik in zo’n situatie beleefd blijven?

Collega houdt aan

Beste Collega houdt aan,

Meer duidelijkheid van uw kant is nu geboden.

U hebt gelijk dat uw collega het na een stuk of drie vergeefse uitnodigingen voor gezien had moeten houden. Normaal gesproken gaan mensen niet eindeloos door met voorstellen doen voor iets sociaals, als ze steeds op weinig enthousiasme stuiten. Meer duidelijkheid van uw kant is nu geboden. De volgende keer zegt u vriendelijk: ‘Heel aardig dat je me altijd uitnodigt, maar je kunt je de moeite besparen, want ik heb het heel erg druk met allerlei beslommeringen in mijn dagelijkse leven, en ik kan op dit moment geen nieuwe sociale contacten aangaan. Ik heb er domweg de tijd niet voor, sorry.’

Artikelen in Collega's.

Gelabeld met , .


Schillen en dozen

Beste Beatrijs,

Mijn collega zet zich in voor een schone samenleving, zowel in zijn politiek als in zijn persoonlijk leven. Zo raapt hij tijdens de lunchwandeling regelmatig lege blikjes en zakjes op en deponeert ze in de dichtstbijzijnde afvalbak. Als hij mensen signaleert die afval op straat gooien, spreekt hij hen er op aan. Tot zover niets mis. Maar onlangs reden we ’s avonds laat langs een paar fietsers die hij er eerder vanuit de verte op betrapt had dat zij hun snoepverpakking achteloos hadden laten vallen. Mijn collega zette de auto aan de kant, ging voor de fietsers staan en vroeg hun het afval voortaan in de daarvoor bestemde bak te gooien. Hetgeen zij verbouwereerd beloofden. Ik zat in de auto met kromme tenen van schaamte en angst dat hij een oplawaai zou krijgen. Fietsers in het donker op die manier de stuipen op het lijf jagen, zoiets doe je toch niet? Mijn collega vindt echter nog steeds dat hij volkomen juist gehandeld heeft. Wat vindt u?

Pal tegen zwerfvuil

Beste Pal tegen zwerfvuil,

Uw collega is een zeloot. Dit is een vermoeiend slag mensen.

Uw collega is een zeloot. Iemand die zich het vuil van de wereld persoonlijk aantrekt en die het tot zijn missie heeft gemaakt om de mensheid op het rechte spoor te houden. Dit is een vermoeiend slag mensen. In het algemeen vinden voorbijgangers het niet fijn om door andere passanten de les te worden gelezen. Ook niet (juist niet) wanneer de zedenmeester gelijk heeft met zijn correcties en aanmaningen. Uw collega heeft het gelijk van de viskraam en de dienstklopper. De inspanningen die hij aan de dag legt staan niet in verhouding met wat het oplevert. Overtreders komen niet tot inkeer door een reprimande van een medeburger, maar krijgen de neiging om hun kont tegen de krib te gooien. Op een kwade dag treft hij een kortaangebonden tegenstander en krijgt hij inderdaad een klap voor zijn kop. Hij mag dan het morele gelijk aan zijn zijde hebben en waarschijnlijk plezier beleven aan de rol van amateur-politieagent, een handgemeen lijkt een hoge prijs voor het gedurig uitdelen van vermaningen.

Artikelen in Aanspreken en begroeten.

Gelabeld met , .


Buiten spelen

Waar zouden we zijn zonder overspel?

Waar zouden we zijn zonder overspel? Roddelbladen en damesglossies zouden aan acuut kopijgebrek komen te lijden en het Volkskrantmagazine zou het zonder de rubriek ‘Liefde’ moeten stellen. Nu het zomer is, verschijnt het magazine niet, maar normaal gesproken vertelt hier elke week een anonieme vrouw in ademloze, semi-pornografische stijl over de verrukkingen van de overspelige liefde. Meestal gaat het over nieuwe lagen in je persoonlijkheid aanboren, opnieuw gezien worden, eindelijk aan jezelf toekomen, schaamteloosheid, vanzelfsprekende strelingen en totale overgave. Oftewel seks buiten de deur. De monoloog gaat vergezeld van een fuzzy-focus naaktfoto, waarop niets herkenbaars valt te ontwaren, en ik denk weleens dat de werkelijke kick van de geïnterviewde eruit bestaat dat zij en haar reguliere echtgenoot op zaterdagochtend aan het ontbijt de Volkskrant doorbladeren, waarbij hij nietsvermoedend haar bekentenissen in het magazine tot zich neemt onder het mompelen van ‘Heb je ’t ooit zo zout gegeten’.

Nog spannender dan de verboden liefde zelf is het (in bedekte termen) onthullen ervan en aan willige biechtelingen is kennelijk geen gebrek. Hoe dwingend ook opgeschreven – Corine Koole kan het sufste slippertje van een account manager op een niveau van Ontzagwekkende Liefde brengen – de stukjes laten toch iets van rotting en bederf achter. Je zou het niet fijn vinden als je moeder of je zus of je beste vriendin zich achter een van deze lichtelijk geëxalteerde stemmen bleek te verschuilen. Dat komt natuurlijk door het onvermijdelijke bedrog, waarmee de logistiek van de seksescapades gepaard gaat.

Bedrog is vervelend, geeft gedoe en is bovenal vernederend voor bedrogen partij. Mensen die het slachtoffer zijn van een trouweloze partner zeggen vaak dat ze het liegen en bedriegen erger vonden dan de ontrouw zelf. Of ze daar gelijk in hebben valt te betwijfelen, omdat overspel per definitie liegen impliceert. Die twee kunnen nauwelijks van elkaar worden onderscheiden. Door te liegen bewijst de leugenaar lippendienst aan de deugd van de monogamie. Zou hij de waarheid spreken, dan lag de monogamie in gruzelementen en was er ook geen sprake meer van ontrouw.

De Amerikaanse sekscolumnist Dan Savage, die op internet advies geeft aan mensen met relatieproblemen, denkt dat monogamie slechts voor een minderheid is weggelegd en dat degenen voor wie dit te hoog gegrepen is het falen van zichzelf en hun partners moeten accepteren. Tegelijk geeft hij als conservatieve homo-activist de hoogste prioriteit aan behoud van het gezinsleven. Als remedie voor echtscheiding, een frequent gevolg van ontrouw, bepleit hij de absolute eerlijkheid. Een goede partner is volgens Savage good, giving and game (in voor van alles). Als de een snakt naar kinky seksvarianten, moet de ander zich daarvoor openstellen, en als die daar niets voor voelt, zou hij het groene licht moeten geven aan de een om elders aan z’n gerief te komen. Dit alles met de belofte van trouw.

De polyamorie-beweging huldigt hetzelfde principe van absolute eerlijkheid in het bespreken van en het handelen naar monogamiedoorbrekende verlangens. Biseksuele neigingen, s/m-spelletjes, collectieve anonieme seks, een travestiehobby, vaste minnaars of maitresses buiten de deur – in de polyamorische levenswijze is niets te dol, zolang je maar openheid van zaken geeft aan je oorspronkelijke geliefde. Als er geen noodzaak meer is om te liegen, hoeft ook niemand zich meer bedrogen te voelen, waarmee het begrip ontrouw effectief onschadelijk is gemaakt. De trouweloze keert immers na het buitenspelen altijd terug op de uitvalbasis.

Klinkt goed, zij het ook een beetje klinisch bureaucratisch: ‘Ik ga naar mijn plasseksfeestje!’ ‘Is goed, schat, kom je wel op tijd terug voor tante Dora’s verjaardag?’ Wie z’n lusten en verlangens in transparantie botviert tast de donkere, ongeoorloofde, subversieve essentie ervan aan. Weg lust! Dan nog liever ontrouw en overspel.

Artikelen in Column.


Twijfel over zwangerschap

Beste Beatrijs,

Ik ben 31 jaar en sinds acht weken onbedoeld zwanger. Met mijn vriend woon ik nu twee jaar samen. Uit zijn vorige relatie heeft hij al een kind van zeven jaar. Onze relatie vertoont hier en daar wat scheurtjes. Ik ben iemand die veel bevestiging nodig heeft en als ik dat niet krijg, ga ik twijfelen. Het is niet zo dat ik bang ben om alleen te komen staan, ik kan prima voor mezelf zorgen. Het is ook niet zo dat ik mijn lief kwijt wil.

Vanaf het begin heb ik gezegd dat ik een kinderwens heb en hij wil best nog een kind als kroontje op de relatie. Allebei zijn we momenteel druk bezig om ons werk beter op de rails te krijgen. Hij wil omscholen en ik wil een eigen bureau beginnen naast mijn vaste baan. Al met al vraagt de situatie niet om een baby, en een kroontje op de relatie is het niet echt. Mijn vriend heeft liever dat ik het weg laat halen tot we een stabielere relatie hebben en stabieler werk, zodat alle aandacht naar het kindje kan. Ik vind dat wel redelijk, maar ik weet niet of ik de gevolgen van een abortus wel kan dragen omdat mijn gevoel tegen mijn verstand indruist.

Wel of geen abortus

Beste Wel of geen abortus,

Ik denk dat abortus in uw situatie een frivole beslissing zou zijn.

De keuze voor abortus is er een die alleen de vrouw zelf kan maken. Noch uw vriend, noch ik (aan wie u advies vraagt) zouden hier een doorslaggevende stem in mogen hebben. Dit vooropgesteld geef ik mijn mening over uw dilemma. Deze mening kunt u rustig naast u neerleggen, maar u hebt erom gevraagd, dus daar komt-ie: ik denk dat abortus in uw situatie een frivole beslissing zou zijn. Abortus komt alleen in aanmerking wanneer u er alles voor over hebt om uw huidige leven voort te zetten en wanneer de komst van een kind uw leven een wending ten kwade zou geven.

Daar is in uw geval geen sprake van. U wil wél een kind. Zelfs uw vriend wil tezijnertijd wel een kind. De zwangerschap is alleen een beetje ongelukkig getimed. U en uw vriend hebben het druk met zichzelf en de relatie is niet meer zo gelukzalig als in de eerste periode van verliefdheid. Dit is een slappe reden voor abortus. Als u geen vertrouwen hebt in de bestendigheid van uw relatie, moet u nu ogenblikkelijk vertrekken bij uw vriend, want over drie jaar zal het niet vanzelf verbeterd zijn. Als de relatie op dit moment goed genoeg is om bij elkaar te blijven, moet die ook bestand zijn tegen de komst van een kind. Er komt nooit een situatie dat u en uw vriend achterover kunnen leunen en tegen elkaar zeggen: ‘Weet je wat, we zijn nu zo stabiel, het wordt tijd om een kroontje op de relatie te zetten.’ Zo werkt het niet. Kinderen zijn geen kroon op de relatie, maar het bijproduct van liefde en bovendien komen ze wel vaker ongelegen.

U bent 31 jaar. Het is frivool om nu een kind te aborteren en over drie of vier jaar misschien veel moeite te moeten doen om alsnog zwanger te worden van dezelfde man. Vergis u niet: na het 35ste levensjaar gaat de vruchtbaarheid van een vrouw snel achteruit. Als uw vriend zegt over drie jaar aandacht te kunnen geven aan een kind, dan kan hij dat nu ook wel. Een kwestie van de bordjes verhangen op grond van gewijzigde omstandigheden. Als hij u onder druk blijft zetten voor abortus, geeft hij blijk van een gebrek aan verantwoordelijkheid plus een teveel aan egoïsme, en dan bent u beter af zonder hem. U schrijft dat u niet bang bent om alleen te komen staan en prima voor uzelf kunt zorgen. De zorg voor een kindje zult u er als alleenstaande moeder dan ook wel bij kunnen hebben.

Artikelen in Zwangerschap en baby's.

Gelabeld met .


Tutoyerende priester

Beste Beatrijs,

We hebben in de kerk een jonge priester (38 jaar). Zelf ben ik een vrouw van 50 jaar. In de conversatie tutoyeer ik hem niet, maar omgekeerd tutoyeert hij mij wel. Ik zou graag uw mening hierover willen horen.

De priester tutoyeert

Beste De priester tutoyeert,

Eenzijdig tutoyeren komt tegenwoordig alleen nog voor tussen kinderen en volwassenen.

Eenzijdig tutoyeren (de ene persoon zegt u, de andere persoon zegt jij) komt tegenwoordig alleen nog voor tussen kinderen en volwassenen. Voor alle andere contacten geldt dat mensen of allebei tutoyeren of allebei u zeggen tegen elkaar. De situatie is dus niet in evenwicht. U kunt kiezen tussen twee mogelijkheden: de ene is dat u de priester ook gaat tutoyeren. De andere is dat u de priester vraagt om u met u aan te spreken. Het lijkt mij het handigste als u gewoon maar je en jij terug gaat zeggen, want de priester lijkt mij zo’n joviaal type die de hele wereld tutoyeert en in zijn bonhommie geneigd zal zijn te vergeten dat sommige mensen er prijs op stellen met u te worden aangesproken.

Artikelen in Taalgebruik, Zakelijke relaties.

Gelabeld met .


Pochen op Facebook

Beste Beatrijs,

Een goede vriend van mij maakt volop gebruik van Facebook, ikzelf ook overigens. Hij plaatst regelmatig berichtjes over nieuwe spullen die hij heeft aangeschaft. Vaak op een pochende manier. Bijvoorbeeld over een nieuwe laptop van een duur merk en met het prijskaartje erbij. Ik kan onmogelijk blij voor hem zijn als hij daar zo mee pronkt. Daarnaast vind ik het heel ongepast om prijzen te noemen. Hoe kan ik hem subtiel duidelijk maken dat dit geen goede indruk maakt?

Genoeg van gepoch

Beste Genoeg van gepoch,

Facebook is een propagandamachine waarin mensen hun belevenissen afficheren aan de wereld ter meerdere glorie van zichzelf.

Facebook heeft geen ‘dislike’-reactiemogelijkheid, maar als nooit iemand van zijn vrienden ‘Like’ aanklikt, krijgt uw vriend wellicht in de gaten dat zijn berichtjes weinig waardering oogsten. Laat uw vriend zijn eigen stijl erop nahouden. Het heeft geen enkele zin om mensen te bekritiseren op de berichtjes die zij op Facebook plaatsen. Daar is het allemaal te onnozel voor. Facebook is een propagandamachine waarin mensen hun belevenissen afficheren aan de wereld ter meerdere glorie van zichzelf. Facebook heeft als functie om gebruikers te bevestigen in hun bestaan. Als de berichtjes van uw vriend u ergeren, raad ik u aan ze niet meer te lezen of, als u ze wel wil lezen, ze onmiddellijk weer te vergeten. Houd uzelf voor dat veel Facebookmededelingen volstrekt onbelangrijk zijn en niet de moeite waard om u over op te winden.

Artikelen in Internet en e-mail, Vrienden en kennissen.

Gelabeld met , .