Spring naar inhoud


Op naar een dementievriendelijke maatschappij

Er is een bepaald soort overheidsinitiatieven, waardoor ik buitensporig geïrriteerd raak als ik erover in de kranten lees of radiospotjes hoor. Het gaat om sullige oplossingen voor allerhande maatschappelijke problemen en vooral het opgewekt toontje à la: ‘als we met z’n allen de schouders eronder zetten, wordt de wereld een stuk aangenamer’ bevalt me niet. De ene keer gaat het over pesten op het werk, waar honderdduizenden onder schijnen te zuchten – passieve toeschouwers worden via het invullen van een vragenlijstje op de website herkenpesten.nl aangespoord om in het geweer te komen. De andere keer gaat het over het creëren van een dementievriendelijk Nederland.

Omdat het aantal dementen (excuus: dementerenden) voorlopig blijft stijgen, komen er naar Brits voorbeeld projecten om personeel van winkels, banken, de spoorwegen, de politie, de maatschappij als geheel dus, beter te laten inspelen op deze patiënten. De staatssecretaris stelt 16 miljoen ter beschikking voor de ontwikkeling van ‘dementievriendelijke gemeenschappen’, die over vijf jaar gerealiseerd moeten zijn. Daartoe kunnen mensen trainingen volgen, hetzij in persoon, hetzij via sociale media. Aldus, lees ik in de Volkskrant, ‘kunnen dementerenden erop vertrouwen dat de buurman, de apotheek en de buschauffeur weten wat dementie inhoudt en kunnen helpen.’

Voor 16 miljoen euro de hele bevolking van Nederland paraat krijgen om adequaat te reageren op een vermoedelijk dementerende en op het juiste moment de helpende hand te reiken? Dat is een euro per persoon. Een koopje voor de overheid. Van apothekers zou je enige voorkennis over dementie mogen verwachten, al komen ze daar deze dagen misschien niet aan toe, omdat ze in beslag worden genomen door de woede van niet-demente klanten over de geprekstarieven. Ook hier kan een cursusje wellicht uitkomst bieden.

Er worden een paar voorbeelden genoemd van dementievriendelijkheid in het artikel. Het ene gaat over een bejaarde die met een brood ervandoor ging in de supermarkt. Geen winkeldiefstal, maar een falend geheugen voor betalingsverkeer. Oplossing: een training voor het personeel om te leren dat niet elke winkeldief een crimineel is, maar dat er ook sprake kan zijn van iemand die niet toerekeningsvatbaar is. Het andere voorbeeld ging over een fietsenmaker, bij wie een demente vrouw elke week een nieuwe fiets kwam halen. In plaats van over deze gang van zaken te steggelen regelde de fietsenmaker dat een paar vrienden van hem de meegenomen fiets elke week weer terugbrachten. Zo bleef de dementerende vrouw in haar waarde.

Verwarde man, niet gevaarlijk, is de weg kwijt. Daar heb je geen cursus voor nodig!

Dit is allemaal erg schattig, vooral het charteren van vrienden die wekelijks een fiets naar de rechtmatige eigenaar terugbrengen, maar op het grote geheel zet dit wel heel weinig zoden aan de dijk. Tien jaar geleden al maakte mijn goede vader, die het spoor behoorlijk bijster was maar in een prettige instelling zat waar ze niet van slot en grendel hielden, hele omzwervingen met het openbaar vervoer, van waaruit hij af en toe niet meer de weg kon terugvinden. Niets aan de hand. Buschauffeur en politie, soms een betrokken omstander, zorgden voor een veilige terugkeer, omdat binnen een paar minuten duidelijk was wat hier aan de hand was: verwarde man, niet gevaarlijk, is de weg kwijt. Daar heb je geen cursus voor nodig!

Het probleem van de dementerende ligt niet in een falende omgeving. Er zijn genoeg vriendelijke buren en vriendelijke mensen op straat. Het ligt bij de mantelzorger. En die heeft maar één ding nodig: extra supervisie, omdat hij/zij niet in z’n eentje 24 uur per dag daarmee bezig kan zijn. Dat betekent dagbesteding elders, eventueel nachtbesteding, zorgboerderijen, breiclubjes, kleine wandelclubjes, een-op-een vrijwilligers die fatsoenlijk gecompenseerd worden om structureel vriendelijk te zijn en tegelijk een beetje op te letten. Het kost natuurlijk wel meer dan 16 miljoen om een systeem van de grond te krijgen, waar mantelzorgers echt mee gebaat zijn.

Artikelen in Column.


Kiezen tussen broer en vriendin

Beste Beatrijs,

Over een paar weken trouwt mijn broer. Heel leuk natuurlijk en mijn vriendin en ik zijn voor de hele dag uitgenodigd. Probleem is dat mijn vriendin op diezelfde dag ook de diploma-uitreiking van haar studie heeft. Ze zou het jammer vinden als ze daarna meteen door moet naar de bruiloft, liever zou ze nog met haar familie wat na borrelen. Ze zou het ook erg leuk vinden als ik bij de uitreiking aanwezig kan zijn. De aanvang daarvan is echter pas op het eind van de middag. Als ik daar naar toe ga, zou dat betekenen dat ik pas bij het diner en het aansluitende feest aanschuif en de huwelijksplechtigheden overdag mis.

Uiteraard zou ik graag bij beide feestelijkheden aanwezig zijn, maar het lijkt er op dat ik één partij moet gaan teleurstellen. Ik heb hier wel een idee over, maar ben benieuwd wat de etiquette hier over zegt. Prevaleert de relatie met mijn vriendin in dit geval boven familiebanden? Heeft een van de feestelijkheden voorrang op de andere?

Overlappende festiviteiten

Beste Overlappende festiviteiten,

Uw vriendin mag natuurlijk haar eigen afstuderen niet missen, dus voor haar is duidelijk wat haar overdag te doen staat. Zelf zou u kunnen overwegen om het officiële stadhuisgedeelte van het huwelijk te missen en in plaats daarvan bij de afstudeerplechtigheid te zijn. Vervolgens kunt u de borrel met familie van uw vriendin laten zitten en u razendsnel verplaatsen naar het diner en het avondfeest van het huwelijk. De argumentatie daarvoor zou zijn dat de stadhuisplechtigheid meer een formaliteit is dan de diploma-uitreiking – als die tenminste gepaard gaat met een persoonlijk praatje van een docent. Maar ja, de twee gelegenheden moeten zich dan wel op een overbrugbare afstand van elkaar afspelen.

Als de plechtigheden van het huwelijk overdag niet zo veel om het lijf hebben (er is bijvoorbeeld geen kerkdienst), kunt u het afstuderen meemaken en u daarna naar het huwelijk spoeden. Daarvan zijn het diner en het feest het belangrijkste. Hoewel u bij een huwelijksreceptie overdag (als die er is) eigenlijk ook niet mag ontbreken. Als het combineren van de twee gelegenheden logistiek onmogelijk is, heeft het huwelijk van uw broer voorrang. Op de rangorde van mijlpalen scoort een huwelijk van een broer of zus hoger dan het afstuderen van een geliefde. Hoe uw vriendin haar dag verder inricht kan ze zelf beslissen.

Artikelen in Bruiloft, Liefde en relaties.

Gelabeld met .


Miezerig cadeau

Beste Beatrijs,

Afgelopen week vierde ik mijn 58ste verjaardag met een klein huiskamerfeestje. Van een (goedverdienende) vriendin kreeg ik een boekenbon van €7,50. Leuk dat ze een cadeautje meebracht, maar eigenlijk had ik het liever niet gekregen, omdat ik het een beschamend laag bedrag vind. Ik besteed zelfs aan de zoon van twaalf van een goede vriendin al minimaal vijftien euro. Hoe kan ik duidelijk maken dat zoiets echt niet kan?

Magere boekenbon

Beste Magere boekenbon,

Een boekenbon van €7,50 is inderdaad niet veel soeps. Daar kunt u nog niet eens een of andere goedkope herdruk voor krijgen zonder er zelf geld bij te passen. Maar de niet zo gulle geefster duidelijk maken dat zij tekortschoot kan niet. Er ligt nu eenmaal een strikt verbod op het bekritiseren van gegeven paarden. Die fout is nog groter dan het geven van een te goedkoop cadeau. Dus tanden op elkaar en slikken maar.

Artikelen in Cadeaus.

Gelabeld met .


Saaie foto’s

Beste Beatrijs,

Ik heb aardige buren, bij wie ik regelmatig over de vloer kom. We kennen elkaars in en outs en hebben aardig contact. Een ding stoort mij behoorlijk. Ze doen veel met sociale media en als ik daar ben, worden mij vaak foto’s en berichten voorgeschoteld op hun smart phones, die mij geen bal interesseren. Soms zou ik wat ze me laten zien gewoon van me af willen schuiven en zeggen: ‘Jongens, ik vind er niets aan, ik ken die mensen niet eens’. Dit zou het contact onmiddellijk verstoren en daar vind ik hen toch te aardig voor. Weet u een elegante oplossing?

Verplicht meekijken

Beste Verplicht meekijken,

De buren laten u dingen zien waar u geen belangstelling voor hebt. Tja, het is niet heel anders dan vroeger, toen mensen hele stapels vakantiefoto’s lieten zien. Of erger nog: de kamer verduisterden voor een urenlange diavoorstelling. Een manier om er snel van af te komen is vragen of u het apparaat (telefoontje, I-pad of laptop) zelf mag vasthouden, omdat u het dan beter kunt zien. Hebt u het eenmaal in eigen hand, kunt u zelf uw tempo bepalen, en niemand kan u ervan weerhouden om de geboden informatie zo snel te scannen, door te bladeren door te spoelen dat u helemaal geen tijd hebt om het in u op te nemen. U kijkt er alleen voor de vorm naar, u zegt ‘leuk, hoor’ en u snijdt een ander gespreksonderwerp aan.

Artikelen in Buren.

Gelabeld met .


Wat staat er op een naambordje?

Beste Beatrijs,

Hoe hoor je je te presenteren op een naambordje op voordeur of brievenbus? Is het gebruikelijk het woord ‘Familie’ of de afkorting ‘Fam.’ voor de achternaam te plaatsen of is het eerder gebruikelijk de voorletters van de hoofdbewoner voor de achternaam te plaatsen? Is het gebruik van een universitaire titel op een naambordje netjes of juist overdreven?

Naambordjesetiquette

Beste Naambordjesetiquette,

U mag het natuurlijk helemaal zelf beslissen, maar ik raad u aan om alles wat overbodig is weg te laten. Dus geen ‘Familie’, laat staan ‘Fam.’, op het naambordje. Afkortingen zijn altijd lelijk en of er een familie, een alleenstaande, een stel of een hele woongemeenschap achter de voordeur zit doet er niet toe. Essentieel zijn de achternamen van de hoofdbewoners. Als het om verschillende hoofdbewoners gaat, vermeldt u de betreffende namen: Smit, Jansen, Bakker enzovoort. Initialen van de voornamen zijn facultatief. Als iedereen achter de voordeur dezelfde naam heeft, dan alleen die naam zonder initialen: Smit. Geen voornamen erbij (te familiair), geen namen van kinderen of huisdieren (die betalen niet mee) en geen universitaire titels (irrelevant).

Artikelen in Traditionele etiquette.

Gelabeld met .


Leen geen geld uit dat je niet kunt missen

Leven zonder geldzorgen is een ideaal dat maar voor weinigen is weggelegd. In veel geld hebben zit ’m de kneep niet, want rijk zijn is duur. Wie veel geld heeft moet daar iets mee doen, want als je het op een simpele spaarrekening zet ziet z’n rijkdom wegsmelten. Hetzij door inflatie, hetzij door te lage spaarrentes, hetzij door vermogensbelasting. Stilstand is achteruitgang – om tenminste op peil te blijven moet het geld rollen. Dus gaan rijke mensen hun geld ergens in investeren, omdat dat de enige manier is om meer geld te genereren en intussen kopen ze een kapitale villa, een zeiljacht, een buitenhuis met een olijfboomgaard en een pied-à-terre in New York of Parijs.

Een hoog consumptiepatroon brengt onvermijdelijk hoge kosten met zich mee. Het dagelijks leven van rijke mensen vereist hoe dan ook een leger aan personeel: huishoudsters, chauffeurs, tuinmannen, kinderoppassen. De vakantieverblijven en het vaarspeelgoed hebben toezicht en beheer nodig van betrouwbare zaakwaarnemers. Het is verschrikkelijk duur om dat allemaal in stand te houden. Veel duurder dan het plezier dat de bezittingen zelf verschaffen, en als je niet uitkijkt, word je aan alle kanten bedrogen en bestolen, omdat rijke mensen graantjepikkers aantrekken en omdat ongebruikt bezit diefstalgevoelig is.

Arm zijn is overigens ook heel erg duur. Wie geen geld heeft of zo weinig geld dat hij elk dubbeltje moet omkeren loopt voortdurend tegen betaalmuren op. In de sloppen van de metropolissen hebben mensen bijvoorbeeld geen geld voor een fles shampoo en kopen het daarom af en toe in een verpakking met een afgepaste hoeveelheid voor één keer. Dat kunnen ze net wel betalen. Twintig van die miniverpakkingen zijn bij elkaar drie keer zo duur als een flacon shampoo. Het zou goedkoper zijn om te investeren in een hele flacon, maar dat kunnen arme mensen zich nu juist niet permitteren. Niet alleen voor shampoo, maar voor hun hele levensonderhoud hebben ze geen geld om het goedkoop aan te pakken.

Zo ontkom je in Amerika, als je arm bent en het werk ver weg, niet aan een auto om naar je werk te gaan. Een auto is duur, dus dat wordt een oude bak met een hoog risico op mankementen. De kosten van autopech kunnen zomaar de financiële baten van het werk overvleugelen, waarna je wordt ontslagen wegens niet komen opdagen en je nog minder geld hebt. Om te overleven worden er vanzelf schulden gemaakt en zit je eenmaal aan de grond zonder bronnen van inkomsten, dan is er geen uitweg meer behalve een totaal faillissement.

Als de schuldenaar tot de laatste druppel is uitgewrongen, blijft alleen nog kwijtschelding over.

Dat geldt zowel tussen vrienden en familieleden die elkaar op persoonlijke basis geld hebben uitgeleend als op zakelijk niveau. Er komt een moment, waarop het geen zin meer heeft om de duimschroeven nog verder aan te draaien en het verlies erkend moet worden. Als de schuldenaar tot de laatste druppel is uitgewrongen, blijft alleen nog kwijtschelding over. Dat is heel vervelend voor de persoon die zijn geld niet terug ziet komen. Anderzijds beschikte hij blijkbaar over genoeg geld om een deel daarvan elders te parkeren, dat wil zeggen uit te lenen, al dan niet met renteberekening.

Het geld was virtueel weg en is nu concreet weg, de enige verandering is dat het in de toekomst niet meer terugkomt. Maar continuering van de status quo (de schulden op de lange baan of kwijtschelden) is misschien niet zo vreselijk? Op persoonlijk gebied zou niemand een bekende geld moeten uitlenen dat hij zelf niet kan missen. Een lening zou op een schenking moeten kunnen uitdraaien zonder dat de uitlener daar aan onderdoor gaat. Wie toch geheel vrijwillig te veel geld uitleent is medeschuldig aan de hieruit voortvloeiende ellende. Ik zie niet in waarom dat op landenniveau anders zou liggen. Griekenland is erin geluisd.

Artikelen in Column.


Akelige christenen

Beste Beatrijs,

Vorig jaar ben ik gediagnosticeerd met een levensbedreigende aandoening. Genezing is niet mogelijk, het enige wat me rest is proberen te aanvaarden wat mij is overkomen en daar vrede mee zien te krijgen. Dat lukt me redelijk, niet in de laatste plaats door mijn geloof in God en mijzelf gedragen weten. Ik heb ontdekt dat veel van mijn (evangelische) medechristenen allergisch zijn voor ziekte. Ze wijzen mij er steeds op dat ‘wij christenen niet ziek hoeven te zijn’. Volgens hen is ziekte een straf voor bepaalde zonden of voor wrok. Ze willen steeds samen met me bidden om genezing, ook al zeg ik dat ik daar geen behoefte aan heb en dat ik in de tijd die me nog rest zoveel mogelijk uit het leven wil halen. Zij zien dat als een capitulatie voor mijn ziekte en als een teken dat ik niet genezen wil worden. Gewoon bij me zijn en troost bieden is uitgesloten, want dan zouden zij zich ook bij de ziekte neerleggen. Dat ziekte iedereen kan overkomen en bij het leven hoort geloven zij niet. Eenzaamheid ligt op de loer. Bijna zou ik zwichten om me mee te laten slepen naar gebedsgenezers.

Bidden als medicijn

Beste Bidden als medicijn,

Verbreek alle contacten met de mensen die dit soort onzin uitkramen. Weiger ze nog langer de toegang tot uw huis. U bent ongeneeslijk ziek en het is heel belangrijk dat u een streep haalt door alle contacten die het leven voor u zwaarder maken dan het toch al is. Ga alleen nog maar om met mensen die u adequaat kunnen bijstaan en die uw lijden een beetje kunnen verlichten. Alle anderen: weg ermee! Vade retro, satanas!

Vade retro, satanas!

Kennelijk zit u in een obscure, evangelische gemeente, waarvan de leden ziekte beschouwen als eigen schuld en als iets wat door stevig bidden kan worden verholpen. Waarschijnlijk weigeren zij ook hun kinderen te laten vaccineren onder het motto ‘De Here geeft, de Here neemt.’ Het is nog niet te laat om dit sekteachtige gezelschap te verlaten. Ik raad u aan om onmiddellijk uw lidmaatschap op te zeggen en u aan te sluiten bij een kerkgenootschap dat deel uitmaakt van de PKN. Onder die paraplu bevinden zich tal van christelijke varianten die tot de hoofdstroom behoren. Daar zult u genoeg vrijwilligers aantreffen die naastenliefde en ziekenbezoek hoog in het vaandel voeren en op wie u een beroep kunt doen voor praktische en geestelijke steun. Van de christenen die in PKN-verband opereren zal niemand zo dwaas zijn om de schuld van uw ziekte in uw eigen schoenen te schuiven.

Ga niet in discussie met uw oude club, maar verdwijn stilletjes. Uw eerste prioriteit op dit moment is om een veilige omgeving voor uzelf te creëren, waarin niemand u op het matje roept met kletskoek waar u niet van gediend bent.

Artikelen in Ziekte.

Gelabeld met , .


Ongewenste aanrakingen

Beste Beatrijs,

Onlangs waren mijn vrouw en ik op een tuinfeestje. Onder de aanwezigen bevond zich een vagelijk bekende man die bij de begroeting van mijn vrouw de sociaal geaccepteerde zoen uitdeelde, maar tevens zijn hand op haar heup/bil legde. Ik heb het laten passeren en later er met mijn vrouw over gesproken. Zij zei dat ze het niet correct vond en dat het typisch gedrag was voor een alfa-mannetje die vrouwen wil overheersen, liefst in het bijzijn van de partner (ik dus). Is het verstandig om de man in kwestie bij een volgende ontmoeting vooraf even apart te nemen en hem duidelijk te maken dat mijn vrouw en ik willen dat hij zijn handen thuis houdt?

Blijf van mijn vrouw af!

Beste Blijf van mijn vrouw af,

Het heeft geen zin om deze man bij een volgende ontmoeting alsnog tot de orde te roepen. Hij is allang weer vergeten wat hij misdaan heeft. En zo niet, zal hij de vermoorde onschuld spelen. Bij ongewenst fysiek contact moeten overtreders onmiddellijk op het moment zelf worden gecorrigeerd met een afwerende reactie. Vrouwen hoeven zich zo’n stiekeme actie niet te laten welgevallen. En plein public midden op een feestje bestaat er geen enkel gevaar. Uw vrouw had zelf corrigerend kunnen optreden door die gluiperige hand simpel van zich af te duwen. Zelf je eigen grenzen bewaken werkt beter dan wanneer een partner op een later tijdstip zijn zogenaamde eigendom gaat verdedigen. Of een vrouw wel of geen partner heeft doet tenslotte niet ter zake. Ook de kwestie van het alfamannetje is irrelevant. Met ongewenste aanrakingen moet instant en ter plekke worden afgerekend.

Artikelen in Aanspreken en begroeten, Vrienden en kennissen.

Gelabeld met .


Te gulle grootouders

Beste Beatrijs,

Ik ben vijftien jaar samen met mijn vriend en we hebben drie kinderen. Ik heb een prettige verhouding met zijn ouders, maar ze komen vrijwel elk weekend langs met speelgoed en kleding die ze op rommelmarkten of elders voor de kleinkinderen hebben aangeschaft. Wij hebben al heel vaak gezegd dat wij dit niet meer willen. Kleding kies ik als moeder graag zelf uit voor mijn kinderen en cadeaus vinden we alleen gepast voor verjaar- of andere feestdagen. Soms houden ze zich een paar weken in en daarna brandt het spullenfestijn weer in volle omvang los. Ik heb er geen ruimte voor en de tripjes naar de Kringloop kosten me te veel moeite. Laatst heb ik uit twee volle plastic zakken slechts drie kledingstukken die me wel aanstonden gehouden en de rest direct retour gegeven. Een volgende keer wil ik zelfs niet meer in de zakken kijken en meteen zeggen dat alles mee terug kan. Ik weet dat dit erg onbeleefd is, maar ik weet niet meer hoe ik de stroom anders moet keren. Wat kunt u me adviseren?

Te veel rotzooi

Beste Te veel rotzooi,

Als uw ontmoedigingsbeleid niet werkt, moet u hardere maatregelen treffen. Inderdaad: de zakken met kleding, plastic cadeaus zonder verjaardag als aanleiding, vierkant weigeren. Dus niet meer openmaken om te kijken of er iets bruikbaars in zit, maar in z’n geheel categorisch weigeren. En vragen of ze het weer mee terug willen nemen. U zegt erbij: ‘Het spijt me, maar ik heb het al vaak genoeg gezegd. Ik koop de kinderkleren liever zelf. Door het jaar heen zijn er geen cadeaus nodig. Alleen bij verjaardagen. We komen om in de spullen, ik kan het niet meer bergen. Alsjeblieft, zoek er een andere bestemming voor, anders moet ik het in de vuilnisbak gooien.’ Als u rigoureus tegen alles nee zegt, moet het besef toch wel door druppelen dat ze in het vervolg beter met lege handen kunnen aankomen.

Artikelen in Cadeaus, Grootouders en kleinkinderen, Schoonfamilie.

Gelabeld met .