Spring naar inhoud


Kuifje

Kuifje in Cyberspace

door Hergé jr.

Uitgever: Mollenbeek, 63 p., f 19,90

Het genre 'de zoon van …' kan bogen op een ruime traditie. Wie kent niet de zonen van Pietje Bell, de zoon van Turbotaal, Alexandre Dumas fils? In dit rijtje schaart zich wel zeer onverwachts het onaantastbaar geachte ikoon Kuifje. De dood van Hergé in 1977 dompelde de Kuifje-liefhebbers in kortstondige rouw. Nooit zou het langverbeide album Kuifje en de Alfakunst de kiosken bereiken. Dat was iets om treurig over te zijn. Aan de andere kant hoorde het laatste deel Kuifje en de Picaro's niet tot de top-albums. Vorsers hadden weinig waardering voor de flirt van de schrijver met bovennatuurlijke fenomenen. Kapitein Haddock moet whiskey drinken en zich niet in de luren laten leggen door close encounters of the third kind. Dus misschien was het maar des te beter dat het oeuvre nu afgesloten kon worden.

Maar nu ligt daar ineens Kuifje in Cyberspace in grote stapels op de toonbank van de inloopboekwinkel. Nagelaten werk uit een bureaula? De zoveelste spoof/parodie/piratenversie? Niets van dit al. Dit is een serieus werk van een serieuze tekenaar. Zijn naam is Hergé jr. en hij beweert (althans de uitgever) de zoon van de meester te zijn.

In de (strip)tekenarij is dit geen ongebruikelijke gang van zaken. Tenslotte zijn de avonturen van Bruintje Beer, Babar en Felix de kat ook door nazaten of naaste medewerkers voortgezet, maar, als we over Kuifje spreken, kwam het toch als een schok. Het vermetele van Hergé jr. zit in het feit dat hij Kuifje zelf ouder heeft laten worden. Hij brak met de ongeschreven wet dat stripfiguren eeuwig in het heden zweven, onaangedaan door ervaringen, strevingen, herinneringen of de behoefte aan een inkomen.

Hergé jr. tekent Kuifje als een man, een rijpere man zelfs van zo om en nabij de vijftig. Zijn postuur biedt nog steeds dezelfde lichtelijk schriele aanblik, maar de voorheen gladde (om niet te zeggen uitdrukkingsloze) fysionomie heeft plaats gemaakt voor een interessante gegroefdheid. Het lijkt wel of de neus gegroeid is en de lezer zou hem niet herkend hebben, als daar niet dat kuifje als lichtbaken op z'n hoofd stond. Er is veel veranderd sinds Kuifje met z'n compaan Haddock de wereldzeeën bevoer en een uitstapje naar de maan maakte. Hij is nog steeds journalist, maar met het klimmen der jaren besloot zijn hoofdredacteur hem een bureaufunctie te geven en zie, daar treffen we hem als chef van de Boekenbijlage van het weekblad De Belgische Vooruit.

Hij schijnt zich er wonderwel op z'n plaats te voelen. We zien hem in de weer met stapels boeken, die hij over andere stapels verspreidt. Hij geeft kritisch commentaar op boeken, schrijvers, stukken. Kuifje houdt van literatuur, dat is na drie pagina's duidelijk.

En hij heeft een gezin, blijkt al snel (nee, de vrouw lijkt niet op Bianca Castafiore en het kind lijkt niet op Abdullah – hier heeft Hergé jr. geheel nieuwe figuren gecreërd). Met een baan en een gezin is Kuifje geheel en al mens geworden, een personage waarmee identificatie mogelijk is, niet meer dat blanco klankbord. Kuifje heeft z'n intrek genomen in een vleugel van

Molensloot (eigendom van kapitein Haddock, grijs geworden, maar nog niets aan opvliegendheid verloren) en ook professor Zonnebloem huurt daar een suite.

De handeling speelt zich voornamelijk af op deze lokatie en op de redactieburelen van De Belgische Vooruit. Van een dwingend plot is eigenlijk geen sprake. Qua sfeer doet dit album nog het meest denken aan De juwelen van Bianca Castafiore, waarin nauwelijks iets gebeurde en wat er wel gebeurde terug te voeren was op misverstanden in de communicatie. Kuifje in Cyberspace, de titel zegt het al, gaat over avonturen met computers. Kuifje werkt met computers, maar niet van harte. Niet dat hij saboteert, dat is z'n inborst niet – hij doet het omdat er niets anders opzit en omdat het de vooruitgang is. Een opgewekte natuur als hij staat vierkant achter de vooruitgang. Dit leidt tot komische sequenties, waarin hij zich keer op keer vertwijfeld afvraagt of hij een bepaald artikel nu in VBE of in VBV heeft opgeslagen en of hij het überhaupt wel opgeslagen heeft.

Ook thuis loopt het niet allemaal van een leien dakje. Door Serafijn Lampion, bejaard maar nog even manisch als altijd, heeft hij zich een multi-media computer compleet met cd-rom laten aansmeren, maar het bedienen van deze helse machine vergt nogal wat oefening. Professor Zonnebloem heeft intussen een virtual reality-programma ontworpen, waarin gepraat kan worden met dode critici. Eye to eye with the critics heet het programma en Kuifje krijgt ruzie met z'n vrouw als hij op zondagmiddag met een koptelefoon en een bril op voor z'n scherm urenlang met William Hazlitt zit te kletsen in plaats van een wandeling met het gezin door de bossen te maken.

Kuifje in Cyberspace is een interessante exercitie. Als pluspunt geldt zonder meer het menselijk worden van de lege huls Kuifje in de schildering van krachten en zwakheden. Maar voor de volwassen geworden Kuifje moet een prijs betaald worden: het is de vraag of dezelfde lezers die meeleefden met de dreigende opoffering der hoofdpersonen op de brandstapel aan de Incagod Pachacamac (nee, nee, u heeft eveneens een bijzonder mooie hoed) zich evenzeer laten meeslepen door de overwegingen van de oude Kuifje over pakweg de voor- en nadelen van de AKO-prijs of de perfiditeit van het postmodernisme. Maar laten we niet meteen al de commercie het laatste woord geven. Deze lezer vond de nieuwe, oude Kuifje in ieder geval precies wat ie zijn moest, en wat er altijd al in gezeten heeft. Kuifje is zo iemand die het goede voor heeft met de wereld.

Beatrijs Ritsema

Artikelen in NRC-boekrecensies.


0 reacties

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.



Sommige HTML is toegestaan