Spring naar inhoud


Taboe

Beatrijs Ritsema

Wat is tolerantie toch een benepen, irritante waarde. Vooral wanneer je beleefdheid ermee vergelijkt. Beleefdheid doet denken aan de stoffige, stijve standenmaatschappij, waarin mensen op die manier hun authentieke persoonlijkheid maskeerden, terwijl in de huidige, egalitaire cultuur tolerantie ten opzichte van iedereen die anders is dan jezelf als hoogste goed geldt. Dit is heel merkwaardig, want juist in tolerantie schuilt een patroniserend element, dat in beleefdheid helemaal niet terug te vinden is. Een jongeman bijvoorbeeld die zich beleefd gedraagt tegen een oude dame is veel aangenamer dan een jongeman die een oude dame tolereert. In het eerste geval is de oude dame beleefd terug, wat de uitwisseling gelijkwaardig maakt; in het tweede geval moet ze kennelijk dankbaar zijn dat ze niet op enigerlei wijze geschoffeerd wordt. Wie tolerant is, maakt genadiglijk níet van zijn macht gebruik – nou, daar kunnen de machtelozen blij mee zijn.

Ik moest hieraan denken, toen ik vorige week in de Volkskrant las dat het COC en nog een paar organisaties een onderzoek hadden gedaan met als vraag ‘Hoe tolerant is jouw school?’, waaruit tamelijk voorspelbaar naar voren was gekomen dat homoseksualiteit nog steeds taboe is op middelbare scholen. Vijftien procent van de respondenten (leraren en leerlingen) gaf aan dat ze ‘gepest werden en niet zichzelf konden zijn’. Tijd voor een nieuw tolerantie-offensief, volgens het COC, met een nieuw schoolvak ‘liefde en relaties’.

Dit is een even zinloos als deprimerend voorstel. De hoeveelheid seksueel geladen boodschappen in het dagelijks leven en de massamedia is groter dan ooit. Er is al lang geen sprake meer van maatschappelijke ontkenning en onderdrukking van seks en toch is homoseksualiteit nog steeds taboe op school. Dat komt niet door een specifieke vooringenomenheid tegenover homo’s, maar door de ongemakkelijkheid en de gêne van de betrokkenen, als het over seks in het algemeen gaat. Ik denk eigenlijk niet dat er één middelbare scholier te vinden is die open en eerlijk en normaal doet over zijn of haar eigen seksualiteit of wat daar voor doorgaat. Die tieners zijn zoekende. Ze proberen eens wat links of rechts, en ze kijken wel uit om met hun diepere gevoelens of ervaringen voor de draad te komen, want voor je het weet word je uitgelachen en bespottelijk gemaakt.

De code is dat iedereen van wanten weet en dat seks gewoon lekker is. Maar als meisjes zich te willig gedragen, gaan ze als sletten over de tong, terwijl jongens die bang zijn, pochen over hun veroveringen. Er wordt voortdurend over seks gepraat, met alle bijbehorende gniffelende en seksistische grappen die het nodige aanzien geven en wereldwijsheid suggereren. Maar het eigen authentieke zelf laat iedereen zorgvuldig buiten beschouwing. Heel verstandig van die tieners, want daarmee zouden ze alleen maar ellende over zich afroepen. Als de marges voor heteroseks al zo nauw luisteren, hoe moeilijk ligt het dan wel niet voor homoseks.

Als er een bevolkingsgroep is die, omdat ze nog geen flauw benul hebben van hoe ze in het leven staan, uit alle macht streeft naar normaalheid, dan zijn het de tieners. Politiek-correcte cursussen ‘liefde en relaties’ met als boodschap dat er geen standaard is in de liefde en dat iedereen vooral respect voor elkaar aan de dag moet leggen, wekken alleen maar meer gegniffel.

Uiteindelijk werkt de hele vraag om tolerantie voor homoseksualiteit averechts. Het versterkt de gedachte dat we hier iets minderwaardigs aan de hand hebben. Scholieren (al dan niet allochtoon) die homoseksuele leraren pesten overtreden, zoals iedere pester, de elementaire beleefdheid. Om beleefdheid te bevorderen heb je geen cursussen nodig. Een setje regels volstaat. En na schending volgt straf en tenslotte schorsing.

Artikelen in NRC-column.


0 reacties

Blijf op de hoogte, abonneer je op de RSS feed voor reacties op dit artikel.



Sommige HTML is toegestaan