Spring naar inhoud


Even voorgaan

Beste Beatrijs,

Onder het eten doet zich bij ons vaak de volgende situatie voor: mijn dochter vraagt mij om haar iets aan te geven waar zij niet bij kan: een pak vla, karnemelk, boter of iets dergelijks. Voor ik het gevraagde doorgeef, neem ik er vaak snel zelf iets van. ‘Nee,’ zegt dochter, ‘jij moet het gevraagde eerst aan mij geven, en na gebruik geef ik het dan aan jou terug’. Ik vind dat heen en weer reiken onhandig. Met mijn methode kun je aanzienlijk meer tijd besteden aan je eigen bord en gesprek. Vrouw en dochters vinden mij een hork aan tafel.
Zijn zij pietluttig of valt mijn gedrag onder horkerige tafelmanieren?

Mag ik even voor?

Beste Mag ik even voor,

Stel dat er een gast aan uw eettafel was genood, bijvoorbeeld een eerbiedwaardige oude tante of de burgemeester van uw woonplaats. Stel dat deze gast om de karnemelk vroeg. Zou u dan van de gelegenheid gebruik maken om snel uw eigen beker in te schenken, voordat u het gevraagde aanreikte? Nee, mag ik aannemen. U zou eerst de gast terwille zijn en daarna pas uzelf bedienen. Dat is wellicht minder efficiënt, maar wel zo beleefd. Of men binnen een gezin deze egards voor elkaar in acht neemt is een kwestie van gewoonte. Maar uw vrouw en dochters hebben gelijk dat het in het algemeen beleefder/ aardiger/ minder zelfzuchtig is om eerst de ander terwille te zijn en daarna pas zichzelf.

Artikelen in Eten en drinken.

Gelabeld met .


Auto-etiquette

Beste Beatrijs,

Hoort een heer een dame eerst af te zetten op de plek van bestemming (bijvoorbeeld een restaurant of theater), voordat hij de auto gaat parkeren? Ik weet dat een heer de autodeur voor een dame hoort te openen. Maar dat is nogal lastig tussen twee geparkeerde auto’s in. Graag hoor ik van u de algemene regels hiervoor.

Hoffelijk in de auto

Beste Hoffelijk in de auto,

De algemene regel is dat een heer en een dame bij elkaar blijven gedurende de rit, inclusief het parkeren van de auto. Samen uit, samen thuis. Uitzonderingen kunnen in goed overleg worden gemaakt. Als het bijvoorbeeld stortregent, glad is, of de dame heeft strompelschoenen aan, waarop ze nauwelijks vooruitkomt, dan kan het prettiger voor haar zijn om voor de deur van het restaurant/ theater te worden afgezet.

Het klassieke gebruik dat een heer het autoportier voor een dame openmaakt, zodat zij eerder kan gaan zitten dan hij, is aan het verdwijnen. Dit komt doordat moderne auto’s met een afstandsbediening ontgrendeld worden, waardoor beide personen tegelijk kunnen instappen. In de romantische fase van een relatie maakt een heer soms alsnog handmatig het autoportier open voor een dame als gebaar van extra voorkomendheid, maar dan bij het instappen en bijna nooit bij het uitstappen. Het heeft iets gekunstelds om in de auto te blijven zitten wachten tot de man om de auto heen is gelopen om voor haar het autoportier open te maken. Dat gebeurt bij kleine kinderen die in hun autostoeltjes zitten vastgegespt. Een volwassen vrouw kan heus wel zelf haar autoportier openmaken. Bovendien komt het vaak genoeg voor dat de vrouw achter het stuur zit en de man op de bijrijdersplaats. Als er, zoals in een parkeergarage, geen ruimte is voor galante deur-openmaak-manoeuvres, dan gebeurt het al helemaal niet.

Artikelen in Traditionele etiquette.

Gelabeld met , .


Het neewoord

De Tweede Kamer heeft vorige week een motie van GroenLinks aangenomen om een definitief eind te maken aan het voortetterende fenomeen van de weigerambtenaar. Een mooi en principieel besluit, waarin de rechtsstaat zijn tanden laat zien: religieus fundamentalisten moeten niet denken dat zij hun persoonlijke geweten boven de wet kunnen stellen. Als zij onderscheid willen maken tussen homo’s en hetero’s, dan doen ze dat maar in hun vrije tijd of in de kerk, maar niet op hun werk. Trouwambtenaren mogen niet langer wegduiken voor trouwlustige homo’s. Weer een misstand uit de weg geruimd.

Vervolgens gebeurde er iets heel merkwaardigs: Arie Slob van de ChristenUnie lanceerde het idee om van de huwelijksvoltrekking op het stadhuis een puur administratieve lokethandeling te maken, waar verder geen ceremonieel vertoon aan te pas komt. Op die manier komen alle feestelijkheden, witte jurken, plechtige jawoorden en andere romantiek voor verantwoordelijkheid van het bruidspaar als privépersonen en kan de ambtenaar buiten schot blijven. Dit kun je met recht een wanhoopsoffensief noemen. Om het vege lijf van de weigerambtenaar te redden moet het hele ritueel van het burgerlijk huwelijk voor alle Nederlanders worden afgeschaft. Alsof niemand meer soep mag eten, omdat een enkeling allergisch is.

Dat dit voorstel uit de koker van de ChristenUnie komt maakt het des te curieuzer. Ideeën over een terugtredende overheid die zich niet met privézaken van burgers moet bemoeien, pleidooien voor afschaffing van het huwelijk als zodanig vind je doorgaans eerder in libertaire kringen dan in een conservatief confessionele partij als de ChristenUnie die juist van de gemeenschapszin is en aan tradities hecht. In deze visie, die trouwens in de hele bevolking leeft, is het huwelijk niet zuiver een privéaangelegenheid, maar iets wat belangrijk genoeg is om formeel door de staat te worden bekrachtigd en geregistreerd. Juist omdat het huwelijk geen vrijblijvende onderneming is, maar een institutie waarin rechten en plichten worden verankerd, gaat het gepaard met formaliteiten en rituelen. Men trouwt niet alleen ten overstaan van familie en vrienden, maar ook ten overstaan van de staat.

De enige ongelukkige in deze situatie is de weigerambtenaar. Daar lopen er honderd van rond in Nederland, van wie vijf in Bunschoten.

Slobs idee is een pertinente anomalie binnen het christelijk gedachtengoed. Overigens lijkt het onwaarschijnlijk dat het reduceren van de huwelijksvoltrekking tot een lokethandeling het geweten van de weigerambtenaar zal ontlasten. Als iemand onoverkomelijke religieuze bezwaren heeft om het jawoord van twee homo’s met egards te formaliseren, dan zullen die bezwaren niet ineens verdampen als hij twee homo’s aan het loket vraagt om hun handtekening op de stippellijn te plaatsen. In beide gevallen wordt er immers getrouwd. De lokethandeling is misschien nog wel indringender dan het gedoe met tierlantijntjes, want in het administratieve geval staat de ambtenaar er moederziel alleen voor als vertegenwoordiger van de staat.

Afschaffen van het ceremonieel heeft geen zin. Bovendien vinden de meeste mensen het leuk om wat plechtigheden te doorlopen. Voor degenen die daar geen boodschap aan hebben bestaat sinds jaar en dag de mogelijkheid om zonder poespas te trouwen. Veel gemeentes bieden de optie van het maandagochtendhuwelijk: gratis trouwen, zonder publiek in de zaal, zonder toespraken, alleen het bruidspaar dat het jawoord spreekt in aanwezigheid van twee desnoods van straat gehaalde getuigen. Binnen vijf minuten afgehandeld.

Niemand is verplicht om te trouwen, maar als mensen (homo of hetero) willen trouwen, dan kunnen ze de huwelijksvoltrekking zo pompeus of sober inrichten als ze willen. De enige ongelukkige in deze situatie is de weigerambtenaar. Daar lopen er honderd van rond in Nederland, van wie vijf in Bunschoten. Na het illegaal verklaren van tweehonderd boerkadraagsters worden nu honderd weigerambtenaren wettelijk verboden. Het wachten is op een wet om vijftig vrouwelijke Sinterklazen te illegaliseren.

Artikelen in Column.


Geen cadeau, maar goed doel

Beste Beatrijs,

Onlangs werd ik uitgenodigd voor een vriendinnenbrunch ter gelegenheid van een verjaardag. Ik bevestigde mijn komst en kreeg vervolgens een mailtje van haar partner, waarin me gevraagd werd geld over te maken voor een goed doel, dat in overleg met de jarige was uitgekozen: ‘bijdragen op rekeningnummer zus en zo onder vermelding van het goede doel. Alvast hartelijk dank!’ Is het vreemd dat dit mij ergerde? Je mag kennelijk zelf geen cadeautje meer verzinnen. Bovendien weet die partner (die ik amper ken) nu precies wat iedereen overheeft voor de jarige. Ik vind het allemaal niet leuk, al is het ongetwijfeld goed bedoeld. Of doe ik moeilijk over iets wat volstrekt gangbaar is?

Geen zin in goed doel

Beste Geen zin in goed doel,

De aansporing om persoonlijk bedoelde cadeaugelden door te sluizen naar filantropische doelen heeft inderdaad iets dwingends. U bent niet de enige die dat irritant vindt. Zo’n verzoek is een vluchtweg voor mensen die iets willen vieren, maar per se geen cadeaus willen, omdat ze al alles bezitten wat hun hartje begeert. Een gemeenschappelijk (groter) cadeau kan een oplossing zijn in zo’n geval, maar blijkbaar wilde deze vriendin dat ook niet. En dan wordt de uitweg een inzameling voor het goede doel. Tja, leuk is anders, al is geld vragen voor een goed doel net iets sympathieker dan geld vragen voor jezelf door middel van het gevreeesde envelopje op de uitnodiging.

Over het storten zelf: eigenlijk zou het rekeningnummer van het goede doel genoemd moeten worden in de brief en niet het rekeningnummer van de jarige, zodat genodigden zelf kunnen beslissen of ze er überhaupt aan mee willen doen en zo ja, hoeveel ze willen geven. Aldus blijft de privacy van de gever bewaard. Aan de andere kant heeft een inzameling via de jarige (of partner) het voordeel dat die het totaalbedrag naar het goede doel kan overmaken, zodat vermeden wordt dat de namen van de individuele gevers bekend raken bij de instelling. Het probleem van een incidentele donatie aan een goed doel is dat je nog jarenlang achtervolgd wordt met smeekbedes en bedelbrieven voor meer giften.

Al met al is het het makkelijkst om maar gewoon te doen wat er gevraagd wordt en een bedrag over te maken. De hoogte van dit bedrag zegt niets over hoe veel u voor uw vriendin over hebt, maar geeft alleen aan hoe veel u voor dit specifieke goede doel over hebt.

Artikelen in Cadeaus, Verjaardag.

Gelabeld met .


Ziekenbezoek

Beste Beatrijs,

Vorige maand moest ik een operatie met narcose ondergaan. Het was weliswaar een dagopname, maar voor het herstel thuis moet ik toch rekenen op zo’n zes tot acht weken. Tot nu toe is er maar één vriendin bij me langs gekomen en ik voel me een beetje in de steek gelaten door de rest. Geldt de regel van ziekenbezoek alleen wanneer iemand in het ziekenhuis ligt en verwacht ik te veel van mensen?

Geen ziekenbezoek

Beste Geen ziekenbezoek,

Iemand die herstellende is van een operatie is vaak nog wel meer gebaat bij een bezoekje van familie en vrienden dan iemand die kortstondig in het ziekenhuis ligt. Als er maar één persoon uit uw vrienden- en familiekring die moeite heeft genomen, kan ik me voorstellen dat u zich in de kou voelt staan. Om verder oplopende zieligheid en wrok te voorkomen is het goed om aan de bel te trekken. Als spontane steun niet komt, moet u erom vragen. Bel de mensen op die u graag zou zien verschijnen en zeg tegen hen dat u het zo fijn zou vinden als ze eens langs kwamen.

Artikelen in Ziekte.

Gelabeld met .


Relatie uitmaken

Beste Beatrijs,

Reeds jaren heb ik een relatie met een oudere getrouwde man. Zelf ben ik ook de jongste niet meer. Ik zou eigenlijk  graag van hem af willen, maar telkens houdt iets me tegen. Tussen hem en zijn vrouw is er niet veel meer, maar bij haar weggaan wil hij niet (ik denk om financiële redenen). Financieel ben ik geheel onafhankelijk en help hem vaker dan dat hij mij helpt. Hoe kan ik dit aanpakken? Hij vindt altijd wel een manier om mij aan het lijntje te houden.

Genoeg van minnaar

Beste Genoeg van minnaar,

U wilt van deze relatie af. Dan moet u tegen uw minnaar zeggen dat het afgelopen is en dat u hem niet meer wil zien. U maakt het uit, zogezegd. Dat is veel minder moeilijk dan u denkt. Blik op oneindig, verstand op nul en vort met de geit. Tip: houd het kort. Iemand z’n congé geven moet niet langer dan tien minuten duren.

Artikelen in Liefde en relaties.


Neefje corrigeren

Beste Beatrijs,

Mijn broer heeft een zoontje van zeven jaar die gewend is zijn ouders zijn wensen toe te blaffen: ‘Ik wil dit!’ ‘Ik wil dat!’ ‘Jij moet…’ in plaats van ‘Mag ik…?’ Mijn broer en schoonzus corrigeren hem hierin, maar geven hem wel altijd zijn zin. Het irritante is dat mijn neefje ook zo bot tegen mij doet. Er zit geen vooruitgang in en hoe groter hij wordt, hoe meer moeite ik ermee krijg. Mag ik mijn neefje zelf tot de orde roepen, wanneer hij mij zo toespreekt, of moet ik mijn broer benaderen?

Bot neefje

Beste Bot neefje,

Als uw neefje u commandeert, kunt u daar zeker iets van zeggen. Als tante staat u dichtbij genoeg om uw neefje rechtstreeks te corrigeren. U hoeft het niet via uw broer te spelen. U zegt tegen uw neefje: ‘Kun je dat ook op een aardige manier vragen?’ En u wacht net zo lang met hem het gewenste te geven, totdat hij er op een normale manier om gevraagd heeft. Als hij niet weet hoe dat moet, souffleert u hem. Als hij vervolgens niet bedankt, grist u het koekje of wat het dan ook is, weer uit z’n handen met de woorden: ‘En wat zeggen we dan?’ Pas als hij netjes ‘Dank je wel’ heeft gezegd, geeft u het weer terug. Zo leert-ie het wel.

Artikelen in Kinderopvoeding.

Gelabeld met .


Kwaadschiks

De adjunct-directeur van het Anna van Rijn college in Nieuwegein, die door de politie in een cel werd opgesloten omdat hij een weerspannige leerling in de kraag had gevat, heeft excuses gekregen van justitie. Sorry, foutje, kan gebeuren. Ongetwijfeld heeft de golf van verontwaardiging die over het land spoelde het excuus opgehaast, maar ’t is goed dat de politie door het stof ging.

Het incident is een treffend voorbeeld van het failliet van autoriteiten. De sneeuwbal kwam aan het rollen doordat een leerling weigerde gehoor te geven aan de opdracht van zijn leraar om de klas te verlaten. De leraar riep de adjunct erbij (die het kind fysiek verwijderde), de leerling riep z’n vader erbij, de vader riep de politie erbij en uiteindelijk bemoeide zelfs de minister zich ermee. De sequentie doet denken aan de bekende vlinderslag die op den duur tot een orkaan leidt. Een triviaal voorval als een leerling die over de rooie gaat zou niet zo rampzalig uit de hand mogen lopen, maar kennelijk zit het klimaat zo in elkaar.

Een burger kan heel makkelijk een eerzaam leven binnen de wet leiden zonder ooit een blik in het wetboek van strafrecht te slaan.

In de commentaren en discussies over dit incident ging het veel over regels: dat het belangrijk is om regels te hebben op school en dat de regels precies moeten worden uitgespeld zowel aan leerlingen als aan ouders, zodat iedereen weet waar hij aan toe is. Maar het probleem ligt niet in onduidelijke regels, waardoor leerlingen in het duister tasten. De regels op school zijn net zoiets als de wetten in het wetboek. Een burger kan heel makkelijk een eerzaam leven binnen de wet leiden zonder ooit een blik in het wetboek van strafrecht te slaan. Leerlingen of ouders hoeven geen diepgaande studie van de reglementen te plegen om te weten wat wel en niet geoorloofd is op school. Elke halve gare kan zelf wel bedenken dat je op tijd moet komen, niet mag spijbelen, geen rotzooi mag maken, je niet agressief moet gedragen, geen fraude of diefstal mag plegen, de opdrachten van de leraren moet uitvoeren en nog zo wat voor-de-hand-liggendheden.

Het probleem zit in de regelhandhaving. Er zijn geen sancties. Dat wil zeggen, ze zijn er wel, maar alleen voor degenen die bereid zijn zich neer te leggen bij de autoriteiten, en die zijn toch al minder geneigd de regels te overtreden. Bevelen, opdrachten, verzoeken en aanmaningen van autoriteiten worden alleen gevolgd, wanneer ondergeschikten het ermee eens zijn danwel er het nut van inzien. Strijkt een bevel iemand tegen de haren in, dan is het tamelijk simpel om de hakken in het zand te zetten en te weigeren. Escalerende conflicten spruiten niet voort uit regelovertreding, maar uit onverschilligheid voor sancties.

Stel een docent ziet een leerling een klokhuis op de grond gooien en maant hem om z’n afval op te rapen en in de vuilnisbak te doen. Als het kind gehoorzaamt, is er niets aan de hand. De leraar heeft een correctie toegepast op een regelovertreding en niet eens een sanctie. Maar als het kind weigert en glashard ontkent dat hij het klokhuis op de grond heeft gegooid, ontstaat er een levensgroot probleem. Na een niet opgevolgde correctie is er geen sanctie meer mogelijk. Wie iets niet wil oprapen zal ook geen strafregels willen schrijven of nablijven of wat er nog meer te verzinnen is aan straffen, die overigens allemaal niet in proportie zijn met de overtreding. Een school gaat geen leerling schorsen omdat hij liegt over een weggegooid klokhuis of weigert een miniem dienstbevel op te volgen. Maar het is wel lastig om als autoriteit overeind te blijven in die omstandigheden.

Uiteindelijk moet elke autoriteit in staat zijn angst voor represailles in te boezemen. Die dreiging heeft een fysieke component nodig: niet om ondergeschikten in elkaar te slaan, maar om hen te verwijderen, mocht de autoriteit dat gepast vinden. Agenten mogen een verdachte in de boeien slaan en afvoeren. Leraren moeten iemand kunnen wegsturen. Lukt het niet goedschiks met woorden, dan maar kwaadschiks met fysieke dwang.

Artikelen in Column.


Schoonouders met vooroordelen

Beste Beatrijs,

Mijn man en ik zijn vorig jaar getrouwd. De relatie met mijn schoonouders is gespannen, onder meer doordat zij er heel andere levensopvattingen op na houden. Wij hebben er bijvoorbeeeld moeite mee dat mijn schoonvader zich regelmatig zeer racistisch en bevooroordeeld uitlaat over moslims of de kerk. Die opmerkingen hebben wij steeds genegeerd, omdat we vermoeden dat corrigeren geen zin heeft.

Nu verwachten we over een paar maanden ons eerste kind en mijn schoonouders verheugen zich op het grootouderschap. Die rol gunnen we hun graag – we vinden het belangrijk dat ons kind een goede band met de familie krijgt – maar ik wil mijn kind opvoeden met het idee dat iedereen gelijk is en dat je open moet staan voor andere religies en culturen. Is wellicht met het oog op de komende geboorte (en doop) van ons kind nu het moment gekomen om hen erop te wijzen dat wij van zulke opmerkingen niet gediend zijn? Zo ja, hoe kunnen we dat het beste aanpakken?

Schoonouders terugfluiten

Beste Schoonouders terugfluiten,

Het lijkt niet raadzaam om de kritiek die u op de opvattingen van uw schoonouders hebt te verwoorden in verband met uw kind dat nog geboren moet worden. De opvoeding die u uw kind gaat geven staat los van de vooroordelen van uw schoonouders. De eerstkomende vijf jaar hoeft u sowieso niet bang te zijn dat hun ideeën doorsijpelen naar uw kind. En daarna bent u als ouders mans genoeg om tegenwicht te bieden.

Het is in een familie niet nodig dat iedereen in hetzelfde ideologische kamp zit.

U kunt beter, geheel onafhankelijk van uw toekomstige kindje, af en toe wel degelijk tegen uw schoonouders ingaan, wanneer zij bevooroordeelde uitspraken doen. U zegt dan op het moment zelf iets sussends of relativerends.  U en uw man hoeven niet voortdurend ja en amen te knikken bij alles wat ze uitkramen. Probeer het gesprek rustig te houden, maar maak wel uw standpunt duidelijk. Op die manier weten zij in ieder geval dat er verschil van mening bestaat. Als beide partijen verstandig zijn, laten ze het bij deze constatering en proberen ze niet elkaar te overtuigen van hun gelijk. Dat soort discussies wil nogal eens escaleren. Het is in een familie niet nodig dat iedereen in hetzelfde ideologische kamp zit. Het is onwaarschijnlijk dat uw schoonouders uw kind gaan gebruiken als indoctrinatiemateriaal. De interactie met baby’s, peuters en kleuters gaat over heel andere dingen dan over ideologie.

Artikelen in Kinderopvoeding, Schoonfamilie.

Gelabeld met , .